Indefinido of pretérito perfecto

Indefinido o pretérito perfecto
Indefinido: eenmalige gebeurtenissen uit het verleden die zijn afgesloten. Geen relatie meer tot het heden.
Préterito perfecto: gebeurtenis uit het verleden die een relatie heeft tot het heden.
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 8 min

Éléments de cette leçon

Indefinido o pretérito perfecto
Indefinido: eenmalige gebeurtenissen uit het verleden die zijn afgesloten. Geen relatie meer tot het heden.
Préterito perfecto: gebeurtenis uit het verleden die een relatie heeft tot het heden.

Slide 1 - Diapositive

1. Vervoeg het werkwoord tussen haakjes op de juiste wijze
Hace 5 años mis padres _____ (ir) de viaje a Colombia.

Slide 2 - Question ouverte

2. Vervoeg het werkwoord tussen haakjes op de juiste wijze
¿_____ (tú, decir) algo a tu hermana esta mañana?

Slide 3 - Question ouverte

3. Vervoeg het werkwoord tussen haakjes op de juiste wijze
Yo nunca ____ (saber) que tu cumpleaños era en febrero.

Slide 4 - Question ouverte

4. Vervoeg het werkwoord tussen haakjes op de juiste wijze
El mes pasado mi prima me ____ (dar) un regalo tan grande.

Slide 5 - Question ouverte

5. Vervoeg het werkwoord tussen haakjes op de juiste wijze
¿Vosotros _____ (ver) a nuestro amigo durante estas vacaciones?

Slide 6 - Question ouverte

6. Vervoeg het werkwoord tussen haakjes op de juiste wijze
Mis compañeros de clase y yo ___ (estar) en Londres hace unas semanas.

Slide 7 - Question ouverte

7. Vervoeg het werkwoord tussen haakjes op de juiste wijze
¿Alguna vez _______ (ellos, escribir) un libro?

Slide 8 - Question ouverte

8. Vervoeg het werkwoord tussen haakjes op de juiste wijze
En 2012 yo _____ (hacer) mis prácticas en el hospital.

Slide 9 - Question ouverte

9. Vervoeg het werkwoord tussen haakjes op de juiste wijze
¿Tu familia ____ (venir) a tu cumpleaños el mes pasado?

Slide 10 - Question ouverte

10. Vervoeg het werkwoord tussen haakjes op de juiste wijze
Ayer no ____ (poder) levantaros.

Slide 11 - Question ouverte

10. Vervoeg het werkwoord tussen haakjes op de juiste wijze
Hace muchos años mis padres ___ (trabajar) en el extranjero.

Slide 12 - Question ouverte

11. Vervoeg het werkwoord tussen haakjes op de juiste wijze
Todavía no ______ (yo, hacer) nada este año.

Slide 13 - Question ouverte