kgt herh.

H2 stoffen
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
Nask / TechniekMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 2

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

H2 stoffen

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

2.1 stoffen
Stofeigenschappen vertellen iets over de stof
  • Kleur
  • Geur
  • Smaak

Kunststoffen zijn in 2 soorten
  • Thermoplasten (herbruikbaar)
  • Thermo harders (niet herbruikbaar)

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat betekent dit gevaarssymbool
A
Giftig
B
Explosief
C
Schadelijk
D
Bijtend

Slide 3 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat betekent dit gevaarssymbool
A
Giftig
B
Schadelijk voor watterrijk milieu
C
Schadelijk
D
Bijtend

Slide 4 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat betekent dit gevaarssymbool
A
Explosief
B
Schadelijk voor watterrijk milieu
C
Corrosief
D
Bijtend

Slide 5 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

2.2 mengsels
Mengsel bestaat uit 2 of meer stoffen

Oplossing als 2 stoffen goed samen kunnen

Emulsie als er een extra stof nodig is
De extra stof is een emulgator

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Mengsel
Oplossing
Emulsie
Bestaat uit 2 of meer stoffen
Heeft een emulgator nodig om te mengen
Een goed opgelost mengsel
Shampoo
vet, water en zeep
suikerwater

Slide 7 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

2.3 moleculen
Stof bestaat uit deeltjes

Deeltjes heten moleculen

Zuivere stof heeft maar 1 soort molecuul

Moleculen bestaan uit atomen

Atomen staan in het periodiek systeem

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Zet de woorden en plaatjes op volgorde van groot naar klein
Groot
Klein
Kleiner
Kleinst
Stof
Atoom
Deeltjes
Molecuul

Slide 9 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions


ijzer = Fe
Goud = Au
Natrium = Na
Aluminimum = Al
Koper = Cu

Chloor = Cl
Stikstof = N
Zuurstof = O
Waterstof = H
Koolstof = C

Slide 10 - Diapositive

blz.  100
Fe
A
Aluminium
B
Ijzer
C
Goud
D
Koolstof

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Au
A
Pijn
B
Zilver
C
Koolstof
D
Goud

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

O
A
Zuurstof
B
Goud
C
Waterstof
D
Koolstof

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Het symbool van een atoom heeft altijd een hoofdletter
A
waar
B
niet waar

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan de slag
Afmaken
opdr. 17 t/m 20 blz. 105

Klaar?

maak opdr. 1 t/m 29
blz. 37

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions