zinsdelen wg

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

Lesdoelen

Aan het einde van deze les kun je het werkwoordelijk gezegde van een zin vinden.

Lezen

Lesprogramma

- Lezen (10 min)

- Introductie van de les: doelen en programma (5 min)

- Terugblik (10 min)

- Uitleg werkwoordelijk gezegde (10 min)

- Zelfstandig werken aan opdrachten (15 min)

- Afsluiting (5 min)

Terugblik

Vorige les: persoonsvorm, zinsdeel, onderwerp

Hoe vind je de persoonsvorm?

De kinderen waarschuwden hun ouders.

A. Het onderstreepte woord is een persoonsvorm (duim omhoog)

B. Het onderstreepte woord is geen persoonsvorm (duim omlaag)

Een zinsdeel bestaat altijd uit één woord.

A. Waar (duim omhoog)

B. Niet waar (duim omlaag)

Extra oefenen met zinsdeelstrepen?

Ga naar www.cambiumned.nl

Welke 2 manieren zijn er om het onderwerp te vinden?

Als onderwerp voor hun werkstuk kozen ze pooldieren

Het onderwerp in deze zin is:

a. Als onderwerp (1 vinger)

b. Pooldieren (twee vingers)

c. Kozen (drie vingers)

d. Ze (vier vingers)

Zinsdeelstappenplan

Stap 1: Zoek de PV

Stap 2: Zet zinsdeelstrepen

Stap 3: Zoek het OW (onderwerp)
Stap 4: Zoek het WG (werkwoordelijk gezegde)

Werkwoordelijk gezegde

filmpje Nieuw Nederlands

Zijn die scholieren over hun docent aan het roddelen?

Mijn zusjes zitten hun huiswerk te maken.

Afsluiting

Zijn de lesdoelen bereikt:

Kun je het werkwoordelijk gezegde in een zin vinden?

Hoe ging het?

Aan de slag

- Ga naar Magister

- Ga naar leermiddelen

- Klik op Nieuw Nederlands 

- je logt automatisch in

- Ga naar Planning (bovenin) en vervolgens klik je op Werkwoordelijk gezegde en maak de opdrachten