les verbes eindtoets klas 3

• Frans
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

wij maken

1. on fais
2. nous faitons
3. vous faites
4. nous faisons

kunnen / mogen

1. vouloir
2. pouvoir
3. faire
4. avoir

noteer het hele rijtje van AVOIR,
typ achter elkaar door

faire

1. doen
2. maken
3. hebben
4. zijn

wij gaan naar Assen =

willen , welke vorm is juist?

1. je veut
2. je peux
3. vous voules
4. nous voulons

venir , welk vorm is juist?

1. je vient
2. tu vient
3. il vient
4. elle a venue

jullie hebben

1. nous avons
2. vous êtes
3. vous faites
4. vous avez

Elle ..... 12 ans

1. a
2. est
3. as
4. es

vertaal: zij willen een ijsje

welke is onjuist ?

1. je suis
2. elle va
3. vous faitez
4. ils ont

vertaal: il ne vient pas à midi

welke is niet juist ?

1. tu est
2. tu as
3. vous faites
4. nous allons

noteer het hele rijtje van Etre
typ achter elkaar

tu .... faire les devoirs

1. veux
2. peux
3. as
4. es

vertaal: ik ben in Assen

werkwoorden op
-er . Welke uitgangen
gebruik je ?

zij wonen

1. elles habitent
2. elle habite
3. ils habitont
4. j'habite

maak het rijtje van Aimer,
typ achter elkaar

attendre = wachten ,
welke is juist

1. elle attends
2. elle attend
3. j'attend
4. tu attend

Schrijf hier de uitgangen van de regelmatige werkwoorden op - re

finir = stoppen ,
welke is juist?

1. nous finissons
2. vous finez
3. je finit
4. tu finisses

elle ..... lire un livre

1. finis
2. finit
3. a finie
4. choisis

noteer hier de uitgangen die bij regelmatige werkwoorden horen op -ir

nous ...... un frère

1. sommes
2. avons
3. faisons
4. allons

vouloir =
pouvoir =
noteer in het Nederlands

vous ..... le quiz

1. pouvez
2. finissez
3. avez
4. allez

Maak  in je schrift een lijstje van de onregelmatige werkwoorden en noteer in volgorde van kennen. 

bijvoorbeeld   eerst  etre want die ken je uit je hoofd daarna aller  , enz. 

Je start nu met verbuga.eu en gaat de werkwoorden aan klikken die je niet ( goed) kent en oefen de présent en passé composé