Proefwerk H2 Grote natuurlandschappen op aarde

Waarom liggen de dichtbevolkte gebieden in Zwitserland in het noorden van het land?
1 / 20
suivant
Slide 1: Question ouverte
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo t, mavo, havoLeerjaar 1

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Waarom liggen de dichtbevolkte gebieden in Zwitserland in het noorden van het land?

Slide 1 - Question ouverte

Waarvoor komen toeristen in de zomer en in de winter naar de Alpen? noem voor beide seizoenen 1 activiteit.

Slide 2 - Question ouverte

Welke uitspraken zijn juist?klik alleen de juiste letters aan
A
In de tropen staat de zon midden op de dag heel hoog.
B
Schuine zonnestralen geven meer warmte dan rechte zonnestralen.
C
De breedteligging heeft veel invloed op de temperatuur.
D
De poolstreken liggen op lage breedte, omdat de zon schuin invalt.

Slide 3 - Quiz

Hoe noem je de landschapszone waar geen bomen meer kunnen groeien?

Slide 4 - Question ouverte

Beschrijf de verschillen tussen zomer en winter in de toendra. Denk aan neerslag, temperatuur en plantengroei.

Slide 5 - Question ouverte

Welke twee hoogtegordels zie je op de foto?

Slide 6 - Question ouverte

Kies het juiste woord. De bevolkingsdichtheid op de foto is hoog / laag.
A
laag
B
hoog

Slide 7 - Quiz

Geef twee redenen waarom de bevolkingsdichtheid op de foto hoog of laag is.

Slide 8 - Question ouverte

bekijk de afbeelding.
Door welke landschapszones kom je achtereenvolgens als je vanaf de evenaar naar de noordpool reist?
Zet de cijfers (van de landschapszones in de afbeelding) in de goede volgorde van links naar rechts.

Slide 9 - Question ouverte

Verbeter de volgende uitspraak over de toendra: Toendra’s liggen op hoge breedte en er groeien veel bomen.

Slide 10 - Question ouverte

Maak de volgende zinnen af.
Breedteligging is de afstand van een plaats tot aan.....
A
het dal
B
de evenaar

Slide 11 - Quiz

Maak de volgende zinnen af.
Als het gaat over hoogteligging geldt de regel: Hoe hoger, hoe...
A
kouder
B
warmer

Slide 12 - Quiz

Maak de volgende zinnen af.
Als het gaat over breedteligging geldt de regel: Hoe hoger de breedte(graad), hoe....
A
warmer
B
kouder

Slide 13 - Quiz

lees de tekst.
Wat is de andere naam voor Antarctica?

Slide 14 - Question ouverte

lees de tekst.
Welk woord hoort er in de tekst te staan op de plaats van het cijfer 1?

Slide 15 - Question ouverte

lees de tekst.
Het bestaan van de bewoners van het Noordpoolgebied wordt bedreigd door een gebeurtenis waar ze zelf weinig aan kunnen doen. Wat is dat?

Slide 16 - Question ouverte

Hoe heet een blijvend bevroren ondergrond?

Slide 17 - Question ouverte

Bekijk de afbeelding
Welk klimaat hoort bij de afbeelding?
A
poolklimaat
B
tropisch klimaat
C
gematigd klimaat
D
droog klimaat

Slide 18 - Quiz

Bekijk de afbeelding
Welk landschapszone hoort bij de afbeelding?
A
savanne
B
steppe
C
taiga
D
toendra

Slide 19 - Quiz

bekijk de afbeelding.
elk deel van Australië ontvangt de meeste neerslag?

Slide 20 - Question ouverte