2 HAVO: apprendres 1 t/m 4

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

"le départ" veut dire...

1. het kaartje
2. de richting
3. het vertrek
4. het perron

"la station de service" veut dire...

1. het tankstation
2. de richting
3. het vertrek
4. de file

"le guichet" veut dire...

1. het enkeltje
2. de richting
3. de vlucht
4. het loket

"het retourtje" is...

1. l'aller-retour
2. le billet
3. la sortie
4. l'aller-simple

"de bestemming" is...

1. la route
2. la destination
3. l'avion
4. la déviation

"het kaartje" is...

1. le départ
2. l'arrivée
3. le ticket
4. la voiture

Wat betekent "je sors ce soir avec mes copines"?

1. Ik ga vanavond met mijn vriendinnen uit.
2. Ik vertrek vanavond met mijn vriendinnen.
3. Ik spreek vanavond met mijn vriendinnen af.
4. Ik eet vanavond met mijn vriendinnen.

Wat betekent "Nous partons demain en vacances pour l'Italie"?

1. Wij vertrekken morgen op vakantie naar Italië.
2. Wij gaan morgen op vakantie naar Italië

Tu ne ..... jamais en voyage?
Vul de juiste vorm van "partir" in. Kies uit de volgende opties:

1. part
2. partez
3. partent
4. pars

Le train ..... dans cinq minutes?
Vul de juiste vorm van "partir" in. Kies uit de volgende opties:

1. part
2. partez
3. partent
4. pars

Ils .... ensemble pour le Luxembourg?
Vul de juiste vorm van "partir" in. Kies uit de volgende opties:

1. part
2. partez
3. partent
4. pars

Nous ..... de l'autoroute pour aller à la station de service?
Vul de juiste vorm van "sortir" in. Kies uit de volgende opties:

1. sors
2. sort
3. sortez
4. sortons

Le nouveau film de James Bond ..... la semaine prochaine.
Vul de juiste vorm van "sortir" in. Kies uit de volgende opties:

1. sors
2. sort
3. sortez
4. sortons

Nous ...... en discothèque toute la nuit.

Vul de juiste vorm van "sortir" in. Kies uit de volgende opties:

1. sors
2. sort
3. sortez
4. sortons