V1/H1 unité 4 (leva+aller+vocabulaire)
1 / 20
La durée de la leçon est: 20 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Wie is Milou?
Slide 4 - Question ouverte
Wat zegt Milou over zichzelf in de eerste alinea? 2 antwoorden zijn goed
A
ik ben een bruine foxterriër
B
ik ben niet zo intelligent
C
ik ga vaak mee op reis
D
ik sta altijd klaar om Tintin te helpen
Slide 5 - Quiz
Behalve van Tintin houdt Milou
A
niet van kinderen, wel volwassenen
B
niet van volwassenen, wel van kinderen
C
niet van volwassenen en niet van kinderen
D
vooral van katten
Slide 6 - Quiz
Wat dieren betreft houdt Milou
A
alleen van de kat van kapitein Haddock
B
alleen van Siamese katten
C
van andere foc terriërs
D
van alle andere dieren
Slide 7 - Quiz
Slide 8 - Diapositive
aller
Sleep de juiste vorm van aller naar het bijbehorende persoonlijk voornaamwoord
il/elle
nous
vous
ils/elles
tu
je
allons
vont
vais
allez
vas
va
Slide 9 - Question de remorquage
Madame Maas, .......(gaat u) à Paris?
Slide 10 - Question ouverte
Ma tante .... (gaat) à Rotterdam
Slide 11 - Question ouverte
Mes amies ..... à Amsterdam
Slide 12 - Question ouverte
Slide 13 - Diapositive
Une fenêtre
Une
chaise
Un
lit
une table
Un mur
Slide 14 - Question de remorquage
L'escalier
La cave
Le bureau
Le living/ le salon
La salle de bains
La cuisine
La terrasse
Le garage
Les toilettes
Le grenier
Slide 15 - Question de remorquage
het huis=
Slide 16 - Question ouverte
de badkamer=
Slide 17 - Question ouverte
de trap=
Slide 18 - Question ouverte
de winkel=
