Doel: B1-K1-W2 Bereidt (assisterende) werkzaamheden voor B1-K1-W2 Voert (assisterende) werkzaamheden uit B1-K1-W3 Meldt zich ter afsluiting van zijn (assisterende) werkzaamheden af
1 / 40
suivant
Slide 1: Diapositive
RetailMBOStudiejaar 1
Cette leçon contient 40 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
Éléments de cette leçon
RETAIL THEORIE
Module 2: Werken in een arbeidsorganisatie
Boek: werken in een arbeidsorganisatie
Doel: B1-K1-W2 Bereidt (assisterende) werkzaamheden voor B1-K1-W2 Voert (assisterende) werkzaamheden uit B1-K1-W3 Meldt zich ter afsluiting van zijn (assisterende) werkzaamheden af
Slide 1 - Diapositive
HET WERK ORGANISEREN
Slide 2 - Diapositive
Hoe gaat de werkverdeling bij jou op stage/werk?
Slide 3 - Question ouverte
Overleggen jullie aan het begin van de werkdag ook met het hele team? Waarom wel/niet
Slide 4 - Question ouverte
2.1 JE WERK VOORBEREIDEN
voorkennis ophalen
theorie bespreken
vragen maken
schoolopdracht 1 en 2 maken
Slide 5 - Diapositive
Hoe bereid je werk voor?
Slide 6 - Carte mentale
WERK VOORBEREIDEN
Begint al thuis
Werk taken verdeelt door teamleider
Luister naar teamleider
Volg instructies op
Onduidelijk? Stel vragen.
Voor start werk in logische volgorde verdelen = werkvolgorde.
Slide 7 - Diapositive
WERKPLANNING
Werkplanning = planning
- wie - wanneer - welke taken doet
Soms door teamleider soms in overleg
Slide 8 - Diapositive
OPDRACHT
Lees 2.1 (p 36 - 37) voor jezelf door, onderstreep dat wat je belangrijk vindt.
Maak vraag 1 - 2 (p. 44)
Zoek 1 begrip op dat je geleerd hebt in deze paragraaf. (volgende dia komt deze vraag ;) )
Schoolopdracht 1 voorbereiden van een werkdag Eventueel schoolopdracht 2.
Slide 9 - Diapositive
Noteer het begrip dat je opgezocht hebt.
timer
1:00
Slide 10 - Question ouverte
Noem 1 ding dat je geleerd hebt van deze les.
timer
3:00
Slide 11 - Question ouverte
Slide 12 - Diapositive
Slide 13 - Diapositive
Slide 14 - Diapositive
EXTRA OEFENEN?
Vond je schoolopdracht 1 een moeilijke opdracht, dan is het een goed idee om zelfstandig schoolopdracht 2 te maken. Deze kun je de volgende les bespreken met je docent retail.
Slide 15 - Diapositive
Slide 16 - Diapositive
Slide 17 - Diapositive
Slide 18 - Diapositive
2.2 JE WERK UITVOEREN
Voorkennis ophalen
Theorie behandelen
Slide 19 - Diapositive
timer
1:00
Waar moet je op letten bij je werk uitvoeren?
Slide 20 - Carte mentale
WAT IS BELANGRIJK TIJDENS HET WERK?
Tijd Werk binnen de afgesproken tijd doen (werktempo)
Samenwerken Belangrijk!
Kwaliteit Kwaliteit werk bewaken door werkoverleg, afspraken te houden, werkplanning aan houden, klantvriendelijk, samenwerken, goed werktempo
Slide 21 - Diapositive
2.3 WERKOVERLEG
pagina 39 - 41
Voorkennis ophalen
Theorie bespreken
Opdrachten maken
Slide 22 - Diapositive
timer
1:00
Wat is een werkoverleg? Hoe vaak is een werkoverleg? Wanneer heb je een werkoverleg? Met wie heb je een werkoverleg?
Slide 23 - Carte mentale
WERKOVERLEG
Werkoverleg = overleg tussen leidinggevende en medewerkers.
2 soorten:
Instruerend werkoverleg Je krijgt hier instructie van leidinggevende (laat zien hoe iets moet).
Informatief werkoverleg Je krijgt hier informatie van leidinggevende.
Slide 24 - Diapositive
DOCUMENTEN BIJ WERKOVERLEG
Agenda Voor werkoverleg. Punten die besproken gaan worden.
Notulen Verslag van wat besproken is vorige keer.
Actielijst Wat allemaal moet gebeuren en wie het doet
Slide 25 - Diapositive
DAGELIJKS OVERLEG
VB: in pauze overleggen wat nog gedaan moet worden die middag = geen officieel werkoverleg.
Nieuwe regels of belangrijke zaken die iedereen moet weten worden vaak via officieel overleg gedaan (met agenda, notulen, actielijst)
Slide 26 - Diapositive
OPDRACHT
Lees 2.2 en 2.3 (p 38 - 41) voor jezelf door, onderstreep dat wat je belangrijk vindt.
Maak vraag 3 - 5 (p. 45).
Zoek 1 begrip op dat je geleerd hebt in deze paragraaf. (volgende dia komt deze vraag ;) )
Slide 27 - Diapositive
Noteer het begrip dat je opgezocht hebt.
timer
1:00
Slide 28 - Question ouverte
2.4 JE WERK AFRONDEN
pagina 41 - 42
Theorie bespreken
Opdrachten maken we nadat we 2.5 besproken hebben.
Slide 29 - Diapositive
AFRONDEN
Afronden = voltooien
Als je je taak af hebt:
Controleer je werkzaamheden, heb je alles uitgevoerd?