Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
Éléments de cette leçon
23/24 Oefentoets theorie gehele reader
Slide 1 - Diapositive
Wat is mimiek?
A
Mime technieken
B
Gezichtsuitdrukkingen
C
Lichaamshouding
D
Pantomime ( concreet uitbeelden)
Slide 2 - Quiz
Wat zijn theatrale middelen? Leg uit: 1.... 2.... 3....
Slide 3 - Question ouverte
Informeren
Amuseren
Overtuigen
educatief kindertheater over dieren
Vertellen van mop voor de klas
Maatschappij kritisch cabaret
Slide 4 - Question de remorquage
Wat is het verschil tussen een scène en een shot?
Slide 5 - Question ouverte
Op de volgende afbeelding zie je de flyer van de voorstelling "Showponies" van Alex Klaassen. Voor deze flyer zijn theatervormgevingsmiddelen gebruikt, die iets vertellen over wat je kan verwachten in de voorstelling.
Vraag:
a) Noem twee soorten vormgevingsmiddelen en geef van elk soort vormgevingsmiddel een voorbeeld dat je ziet op de foto.
b) Leg daarna bij elk voorbeeld uit wat je erdoor verwacht van de voorstelling.
Slide 6 - Diapositive
Vraag 12
– Noem twee soorten vormgevingsmiddelen en geef van elk soort vormgevingsmiddel een voorbeeld dat je ziet op de foto.
- Leg daarna bij elk voorbeeld uit wat je erdoor verwacht van de voorstelling.
Slide 7 - Diapositive
Jouw antwoord op de vraag: – Noem twee soorten vormgevingsmiddelen en geef van elk soort vormgevingsmiddel een voorbeeld dat je ziet op de foto. - Leg daarna bij elk voorbeeld uit wat je erdoor verwacht van de voorstelling.
Slide 8 - Question ouverte
Beschrijf van de volgende foto de mise-en-scène
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Diapositive
Wat zijn de 8 theatervormgevings middelen?
Slide 11 - Question ouverte
Geef de 2 betekenissen van black out
Slide 12 - Question ouverte
Wat is een clause?
A
Hoogtepunt in het stuk
B
Het moment dat de souffleur de laatste cue geeft
C
Regieaanwijzing
D
Elk stuk tekst in een stuk, dat door 1 persoon achter elkaar wordt gezegd
Slide 13 - Quiz
Wat is een plot?
Slide 14 - Question ouverte
Beschrijf de spelgegevens van een sprookje? ( je mag zelf kiezen welke)
Slide 15 - Question ouverte
Wat is een denktekst?
Slide 16 - Question ouverte
Wat zijn de 3 vervreemdingstechnieken bij het Absurdisme?