Les 4. Samenwerkingsopdracht Assortiment

1 / 30
suivant
Slide 1: Diapositive
MarketingMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 30 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 90 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Merk - Functies
  • Herkomst
Je ziet waar het vandaan komt
  • Onderscheiding
Je laat zien dat je anders bent dan andere producten op de markt
  • Emotional appeal
Merk roept een bepaalde emotie op
  • Kwaliteitsgarantie
Je verwacht een bepaalde kwaliteit
  • Wettelijke bescherming
Je eigen merk beschermen en zorgen dat andere het niet gebruiken

Slide 2 - Diapositive

Merkbekendheid
Actieve of spontane merkbekendheid


Passieve of geholpen merkenbekendheid

Slide 3 - Diapositive

Merkbekendheid
Actieve of spontane merkbekendheid
- Merken die mensen noemen bij een bepaald product
- Het merk dat de mensen als eerst roepen
- Top of Mind product!
Passieve of geholpen merkenbekendheid
- bepaald merk opnoemen en vragen aan mensen of zij het kennen.

Slide 4 - Diapositive

Soorten merk
  • Distribuantenmerk
  • Individuele merk
  • Fabrikantenmerk
  • Paraplumerk (familiemerk)
  • Fancy merk
  • Global merk
  • Kwaliteitsmerk

Slide 5 - Diapositive

Termen!
Line extensions:
 uitbereiding van de productgroep. Naast shampoo ook haar gel verkopen.
Trading up:
 Bij trading up wordt het assortiment verrijkt met een duurder product om de consument met een hoger inkomen aan te spreken. 
Trading down: 
Bij trading down wordt het assortiment verrijkt met een product met een lagere prijs om zo de consument met een lager inkomen aan te spreken.



Slide 6 - Diapositive

Termen! (2)
Brand extension: 
een al bestaand, sterk merk gebruikt om (a) een nieuw product te introduceren of (b) een zwakker merk een ‘boost’ te geven.
Join promotion: 
is een promotie opgezet door twee of meer merken waarbij een tijdelijk voordeel aan de consument wordt geboden.
Co-branding: 
is een marketingterm voor een voor de buitenwereld duidelijk herkenbare (al dan niet tijdelijke) samenwerking tussen verschillende merken. Bijv. Milka Oreo. McFlurry Twix


Slide 7 - Diapositive

Wat is een verpakking?

Slide 8 - Diapositive

Welk soort verpakkingen zijn er?

Slide 9 - Diapositive

Waar let jij op bij een verpakking?

Slide 10 - Diapositive

Waarom zijn verpakkingen anders?
Wat zijn de functies van verpakkingen.
  • Technische functie
  • Commerciële functie
  • Informatieve functie
  • Keuzecriteria

Slide 11 - Diapositive

Technische functie 1/3
Geeft bescherming van het product tegen:
  • Verlies - verpakking kunnen kwijt raken in een groot magazijn.
  • Diefstal - magneetstrips of speciale labels
  • Beschadiging - een product kan breken (glas), deuken en krassen
  • Temperatuur - producten zijn gevoelig voor temperatuur. Diepvries producten
  • Vocht - Producten zijn gevoelig voor vocht, papier karton kan zacht worden, andere kunnen beschimmelen.
Labelling: op het label van het product staat onder andere de aard en de samenstelling van het product.

Slide 12 - Diapositive

Technische functie 2/3
Houdbaarheid verlengen door:
  • Vacuüm te verpakken bij vleeswaren
  • Plastic te verpakken om komkommers
  • Verpakking bij koffie
  • theezakjes in aparte folie

Slide 13 - Diapositive

Technische functie 3/3
Opslag
  • Beter te traceren
  • Stevige verpakking voor breekbare\ afwijkende producten

Transport
  • Stapelbare verpakkingen

Slide 14 - Diapositive

Commerciële functie
  • Herkenbaarheid van een product vergroten - kleur, design, grootte, lettertype of logo
  • Het emotional appeal van het product inzetten (luxe\kwaliteit)
  • Aandacht trekken - extra labeltje of bijzondere kleur
  • Imago versterken - een basic product luxe verpakken een beleving voor de klant creëren.
  • De verkoop stimuleren - kleine chips zakjes in een grote zak

Slide 15 - Diapositive

Informatieve functie
  • Productinformatie
  • Voedingswaarde
  • Ingrediënten
  • Houdbaarheidsdatum
  • Land van herkomst

Slide 16 - Diapositive

Keuze criteria
De keuze voor een bepaald soort verpakking wordt bepaald door:
  • Kosten (moet product niet te duur maken)
  • Informatie (wat moet er op staan?)
  • Handel (goed te vervoeren)
  • Milieu (afbreekbaar/milieuvriendelijk)
  • Wetgeving (verplicht soort verpakking)

Slide 17 - Diapositive

Opdracht Verpakking (30 min)
1. Kies een partner uit.
2. Naar het winkelcentrum
3. Diverse winkels, verschillende verpakkingen.
4. Kiezen VIER verschillende producten met verpakkingen uit.
5. Noteer alle informatie op het uitgedeeld formulier.

Slide 18 - Diapositive

Welk element behoort tot de productmix?
A
Promotie
B
Verpakking
C
Distributie
D
Prijs

Slide 19 - Quiz

Een product heeft de volgende kenmerken
- Een lage aankoopfrequentie
- Een relatief hoge prijs
- Een hoge aankoopinspanning

A
Unsought Goods
B
Convenience goods
C
Shopping goods
D
Speciality goods

Slide 20 - Quiz

Een product heeft de volgende kenmerken
- Hoge bekendheid
- Duur
- Hoge kwaliteit
A
A-Merk
B
B-Merk
C
C-Merk

Slide 21 - Quiz

Abdel rijdt langs de Dirk om havermout te kopen, maar havermout is uitverkocht. Abdel koopt in plaats van havermout Cruesli met noten. Welke soort goederen wordt gekocht door abdel?
A
Indifferente goederen
B
Substitutie goederen
C
Complementaire goederen

Slide 22 - Quiz

Wat verstaat men onder een interne- en externe analyse ?
A
Ontwikkelingen binnen de onderneming en ontwikkelingen op de afdeling
B
Ontwikkelingen binnen de onderneming en omzet
C
Ontwikkelingen binnen de onderneming en ontwikkelingen buiten de onderneming
D
Ontwikkelingen binnen de onderneming en vernieuwde product in de markt lanceren.

Slide 23 - Quiz

Uitbereiding van de productgroep. Naast shampoo ook haar gel verkopen.
A
Emotional appeal
B
Trading Up
C
Trading Down
D
Line extansion

Slide 24 - Quiz

Een exclusieve product met hoger prijs toevoegen aan je assortiment?
A
Emotional appeal
B
Trading Up
C
Trading Down
D
Line extansion

Slide 25 - Quiz

Unilever is een ... Merk
A
Individuele merk
B
Paraplumerk
C
Fancy Merk
D
Fabrikantenmerk

Slide 26 - Quiz

M&M is een ... Merk
A
Individuele merk
B
Paraplumerk
C
Fancy Merk
D
Fabrikantenmerk

Slide 27 - Quiz

o Hoge productie
o Hoge distributie
o Veel winst
A
Introductie fas
B
Verzadegingsfase
C
Volwassenheidsfase
D
Teruggang

Slide 28 - Quiz

o Weinig productie
o Beperkt distributie
o Geen winst
A
Introductie fas
B
Verzadegingsfase
C
Volwassenheidsfase
D
Teruggang

Slide 29 - Quiz

o Herkenbaarheid van een product vergroten
o Het emotional appeal van het product inzetten (luxe\kwaliteit)
o Aandacht trekken
o Imago versterken
o De verkoop stimuleren
A
Technische functie
B
Informatieve functie
C
Commerciële functie

Slide 30 - Quiz