Griekse stadstaat

Hoofdstuk 3 De Grieken
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Hoofdstuk 3 De Grieken

Slide 1 - Diapositive

Wat weet je al over de oude Grieken?

Slide 2 - Carte mentale

Slide 3 - Diapositive

 Griekse Stadstaten

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Bergen, heuvels en dalen

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Poseidonia (Paestum) was een Griekse kolonie net onder Napels. 

Slide 8 - Diapositive

Griekse 
stadstaten (1)
  • Griekenland bestond nog niet als één land

  • Er waren steden die als landen werden bestuurd: bijvoorbeeld met een eigen koning

  • Zo'n zelfstandige stad heet een polis (stadstaat)

  • 700 waren er

Slide 9 - Diapositive

Griekse 
stadstaten (2)

  • Poleis (meervoud van polis) worden op verschillende manieren bestuurd

  • Ze hebben wel vaak dezelfde 'Griekse' cultuur, taal en goden

  • De bekendste poleis waren Athene en Sparta

Slide 10 - Diapositive

De polis
Het Griekse landschap bestaat uit zee en bergen
De steden werden moeilijk door andere steden veroverd
Iedere stad werd zijn eigen kleine staat: stadstaat
De grieken noemden zo'n stadstaat een polis
Staat
Een begrensd gebied met een bestuur
Stadstaat
Een stad met het omliggende gebied die zichzelf bestuurt

Slide 11 - Diapositive

Acropolis
De acropolis (hoge stad) was het middelpunt van de stad. Het was een versterkte heuvel.
Tempel
De tempel was voor de Grieken erg belangrijk. Net als de Egyptenaren dachten de Grieken dat de goden invloed hadden op het dagelijks leven en ze moesten dus tevreden gehouden worden.
Agora
De agora was het marktplein. Hier konden burgers elkaar ontmoeten om te praten over het bestuur en konden de handelaren handelen.
Stad
Om de acropolis groeide vaak een stad. Door de handel en veiligheid kwamen veel mensen hier wonen.
Platteland
Veel mensen woonden in de stad, maar de meeste mensen waren toch nog boer en woonden op het platteland.
Haven
De Grieken waren handelaren. Veel handel gebeurde over zee en bijna elke stad had dan ook een haven.
Stadsmuur
In de tijd van de Grieken werd veel oorlog gevoerd. Veel steden bouwden dus een stadsmuur om de stad en burgers te beschermen.

Slide 12 - Diapositive

Verschillen en overeenkomsten

Tussen poleis waren grote verschillen

Toch hadden de Grieken veel overeenkomsten (cultuur)
Dezelfde taal
Dezelfde verhalen
Dezelfde kunst

Slide 13 - Diapositive

Iedere Griekse polis had andere goden
A
Waar
B
Niet waar

Slide 14 - Quiz

Iedere Griekse polis had zijn eigen bestuur
A
Waar
B
Niet waar

Slide 15 - Quiz

Ongelijkheid
Grote verschillen tussen arm en rijk.
1. vrije mannen met burgerrecht
2. vrije mannen zonder burgerrecht: werden vreemdelingen genoemd.
3. vrouwen: hadden bijna geen rechten, mochten niet meebesturen.
4. slaven: minste rechten, bezit van iemand anders.

burgerrecht: had je als je:
- in Athene geboren was, 
- man was en 
- vrij was.

Slide 16 - Diapositive

Leven in de polis
Oud Griekenland heeft landbouw, maar moet veel handelen
In de Griekse wereld zijn de mannen de baas
Mannen hebben inkomsten en regelen het bestuur
Vrouwen zorgen voor het huishouden

Slide 17 - Diapositive

Dagelijks leven
Veel Grieken leefden van de landbouw.

Verbouwden graan, druiven, olijven.
Hielden geiten en varkens.

Er was alleen weinig vruchtbare grond.
Hierdoor was handel erg belangrijk.

Slide 18 - Diapositive

0

Slide 19 - Vidéo

Huiswerk

Slide 20 - Diapositive