Cette leçon contient 14 diapositives, avec diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 60 min
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
What are we going to do today?
- Who is here?
- Reading
- What did we do the previous lesson?
- Checking homework
- Grammar 1A and 1B
- Homework
- End of lesson
Slide 2 - Diapositive
Write me words!
A E T R
K P L O
I M S N
H U D F
Slide 3 - Diapositive
timer
10:00
Slide 4 - Diapositive
What did we do the previous lesson?
Slide 5 - Diapositive
Checking homework!
Your homework was 28A, 28C and the sheet of paper I gave you. Let's check!
Slide 6 - Diapositive
Grammar 1: past simple
Worked
Saw
Danced
Did
Slide 7 - Diapositive
Who knows what the past simple is?
Tell me:
- What is it in Dutch?
- How do I form it?
When do I use it?
Slide 8 - Diapositive
Grammar 1: past simple
De past simple is de verleden tijd.
Je gebruikt de past simple wanneer iets in het verleden gebeurt en ook gestopt is.
Slide 9 - Diapositive
Grammar 1: past simple
Om de past simple te maken, voeg je -ed toe aan het werkwoord. Dit noem je de regular verbs:
I work - I worked
My mum likes - my mum liked
Slide 10 - Diapositive
Grammar 1: past simple
Er zijn ook IRREGULAR VERBS. Dit zijn werkwoorden die helemaal veranderen in de verleden tijd. Dit staat op pagina 213 in je boek. Laten we hier eens samen naar kijken.