VWO 3 2023-12-20 H6 paragraaf 1 deel 1

• Economie
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 4

Welkom

Ga rustig zitten!

Pak je pen, schrift en boek erbij.

Als het stil is kunnen we beginnen

Programma van vandaag

• Uitleg over export en import
  
• Quiz lessonUp
• Huiswerk voor de volgende keer

Regels in de klas!

• Het is stil als ik praat.

• Je maakt voortaan tijdig je huiswerk in Malmberg
• Heb je je huiswerk niet of niet serieus gemaakt, dan wordt er een aantekening gemaakt in Magister.
• Heb je drie aantekeningen in Magister, dan moet je op een  ochtend om 8 uur op school zijn.

Uitleg import en export!

0

Import

Import (invoer) = 

• het kopen van producten of diensten in het buitenland
• Spaanse sinaasappels of sojabonen.

Export

Export (uitvoer) =

• het verkopen van producten of diensten aan het buitenland
• Aardappels, zuivel, eieren.

Aan de slag!

Wat	Je gaat opschrijven wat import en wat export is. Daarnaast geef je zowel van import en export twee voorbeelden.
Hoe?	1. Maak eerst zelfstandig en in stilte de opdracht 2. N adat ik dit zeg , bespreek je je antwoord met je buurman of buurvrouw.
Tijd?	Tussen de 3 en 5 minuten
Hulp?	Kijk in het boek.
Opbrengst?	We gaan daarna de antwoorden samen bespreken. Je weet na het maken van de opdracht het verschil tussen import en export.

QUIZ

https://quiz.ntr.nl/quiz/start/quiz_id/220

Wat betekent export?

1. Verkoop van goederen aan het buitenland
2. Verkoop van goederen in het binnenland
3. Inkoop van goederen in het buitenland
4. Inkoop van goederen in het binnenland

import is

1. invoeren goederen uit buitenland
2. uitvoeren goederen naar buitenland
3. invoeren goederen uit alleen Eu landen
4. uitvoeren goederen naar alleen Eu landen

Wat zijn voordelen van import voor de consument?

1. hogere prijzen
2. meer keuze

Import of export?
Ik ben op vakantie in Frankrijk

1. Import
2. Export

Het voordeel van import voor de Nederlandse consument is ...

1. meer keuze in goederen en diensten.
2. minder keuze in goederen en diensten.

Import of export?
"Action" koopt producten uit China

1. Import
2. Export

wat zijn voorbeelden van export van Nederland

1. Een Fries koopt een nieuwe auto in Drente
2. een Japanner koopt in nieuwe auto in Tokyo
3. Een Engelsman koopt een nieuwe auto in Amsterdam
4. een Belg koopt een zak patat in Rotterdam

Aan de slag!

Wat	Je gaat aan de slag met het huiswerk! Maken opdrachten 1 t/m 6 Lezen blz. 177 t/m blz. 180
Hoe?	1. Je maakt zelfstandig en in stilte je huiswerk.
Tijd?	Tot het einde van de les.
Hulp?	Kijk in het boek of steek je vinger op.
Opbrengst?	Je weet na het maken van de opdracht het verschil tussen import en export. Je kunt jouw antwoorden controleren in de digitale leeromgeving.