PA1 Cap4 Opdr 1,2,3,4
1 / 21
La durée de la leçon est: 60 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Vidéo
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Diapositive
1
In welk deel van Spanje ligt Navarra?
In welk deel van Spanje ligt Navarra?
A
Norte
B
Sur
C
Este
D
Oeste
Slide 6 - Quiz
1
Aan welke Spaanse comunidades grenst Navarra? Noem er drie.
Aan welke Spaanse comunidades grenst Navarra? Noem er drie.
A
País Vasco
B
Aragón
C
La Rioja
D
Cantabria
Slide 7 - Quiz
Kijk naar deze foto's van Spanje. Welke foto is genomen in Pamplona?
A
izquierda
B
centro
C
derecha
Slide 8 - Quiz
Slide 9 - Diapositive
In welke twee landen liggen de Pyreneeën?
A
Italia y Francia
B
España y Portugal
C
Navarra y Francia
D
España y Francia
Slide 10 - Quiz
Slide 11 - Diapositive
2
Benoem 3 verschillen tussen school
in Spanje en school in Nederland
Benoem 3 verschillen tussen school
in Spanje en school in Nederland
Slide 12 - Question ouverte
Wat is de Spaanse woord voor de middelbare school?
Slide 13 - Question ouverte
Lees de titel
Over wie gaat deze tekst?
Over wie gaat deze tekst?
Slide 14 - Question ouverte
Waar zijn zij nu?
Slide 15 - Question ouverte
Cierra tus libros
1. Flor vraagt:
2. Esteban zegt:
¿Cómo te llamas?
¿Dónde vives?
Estoy en el segundo curso, en la clase 2A
Estoy en el segundo curso, en la clase 3A
Slide 16 - Question de remorquage
3. Flor vraagt:
4. Esteban zegt:
¿Quién es el profesor de matemáticas?
¿Quién es el profesor de historia?
La profe de educación física es muy estricta.
La profe de educación física es muy amable.
Slide 17 - Question de remorquage
Luister opnieuw: verdadero (waar) of falso (niet waar)
1. Flor zit in de derde klas van de middelbare school.
2. Esteban zit in een andere klas.
3. De eerste les is op de eerste verdieping.
4. Meneer Márquez Sánchez is de leraar geschiedenis.
5. De gymlerares is streng.
6. De lessen beginnen om acht uur.
