Thema 14 Bas 1 een constant inwendig milieu

Thema 14
Gaswisseling en uitscheiding
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Thema 14
Gaswisseling en uitscheiding

Slide 1 - Diapositive

Basisstof 1 Een constant inwendig milieu

Slide 2 - Diapositive

Leerdoel bij 7.1 Een constant inwendig milieu
  • Je kunt beschrijven hoe bij de mens een vrij constant inwendig milieu wordt gehandhaafd

Slide 3 - Diapositive

Alle organen samen zorgen voor een constant inwendig milieu

Slide 4 - Diapositive



- Het constant houden van het inwendig milieu vindt plaats door opname, opslag en uitscheiding van stoffen.
- Hormonen, zintuigen en zenuwcellen spelen hierbij een belangrijke rol. 

Inwendig milieu
- De weefselvloeistof
- Het bloedplasma
Uitwendig milieu
- De omgeving om je heen
- Lucht in je longen
- Inhoud in je darmkanaal

Een constant inwendig milieu

Slide 5 - Diapositive

Constant inwendig milieu
Je lichaam probeert het inwendig milieu hetzelfde te houden (constant).
Alles waar je teveel van krijgt wordt uitgescheiden of opgeslagen.
Mag niet in het bloed blijven!

Als je tekort hebt gaat je lichaam de opgeslagen stoffen gebruiken.

Hormonen, zintuigen en zenuwcellen zijn belangrijk voor een constant inwendig milieu. Denk bv. aan insuline.

Slide 6 - Diapositive

Constant inwendig milieu
  • Zintuigen 
gevoelszenuwen registreren of het inwendig milieu te veel of te weinig van iets bevat
  • Zenuwstelsel
Geeft signalen door
  • Hormonen
Geven instructies aan organen om stoffen op te slaan of uit te scheiden

Slide 7 - Diapositive

Constant inwendig milieu
  • De hoeveelheid verschillende stoffen in je bloed is steeds ongeveer gelijk.
  • Als er te veel van een stof in je bloed zit, kan je lichaam de stof opslaan
  • Vet wordt bijvoorbeeld opgeslagen onder de huid en in het gele beenmerg

Slide 8 - Diapositive

7.1 Een constant inwendig milieu

Slide 9 - Diapositive

Wat is GEEN inwendig milieu?
A
Bloed
B
Lymfe
C
Weefselvloeistof
D
Blaas

Slide 10 - Quiz

Bij het inwendig milieu horen:
A
Lucht in de longen
B
Weefselvloeistof
C
Voedselbrij in de darmen
D
Bloedplasma

Slide 11 - Quiz

Wat is je inwendige milieu
A
weefselvloeistof
B
bloedplasma
C
weefselvloeistof + bloedplasma
D
alles in je darmen

Slide 12 - Quiz