EIB Prijsstellingsmethodes

 Prijsstellingsmethodes
De student kan verschillende prijsstellingsmethodes herkennen.
1 / 36
suivant
Slide 1: Diapositive
MarketingMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 36 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

 Prijsstellingsmethodes
De student kan verschillende prijsstellingsmethodes herkennen.

Slide 1 - Diapositive

Filmpje:
https://youtube.com/shorts/6AqB23boy5E?si=E2ZrcZfl4bxIfrQL

Slide 2 - Diapositive

Welke menukaart zorgt voor de hoogste omzet?

Slide 3 - Sondage

Slide 4 - Diapositive

concurrentiegeoriënteerde prijsstrategie
vraaggeoriënteerde prijsstrategie
kostengeoriënteerde prijsstrategie
afroomprijsstrategie (skimming)
penetratieprijsstrategie
Bij de introductie van een product een hoge prijs om de kosten snel terug te verdienen. Na verloop van tijd daalt de prijs geleidelijk.
De prijs van de concurrenten geldt als uitgangspunt.
Eerst een lage prijs hanteren en na verloop van tijd veranderen in een hogere prijs zodra marktaandeel op de concurrenten is gewonnen.
Je neemt de kosten als basis voor je verkoopprijs.
De klant staat centraal. Hierbij bepaal je de prijs op basis van wat potentiële klanten bereid zijn te betalen voor het product en hoeveel vraag ernaar is.

Slide 5 - Question de remorquage

Welk bedrijf hanteert de penetratieprijsstrategie?

Slide 6 - Question ouverte

Welk bedrijf hanteert de afroomprijsstrategie (skimming)?

Slide 7 - Question ouverte

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Wat is het verschil tussen prijsdiscriminatie & prijsdifferentiatie
A
prijsdiscriminatie gaat over de locatie, prijsdifferentiatie is de leeftijd
B
Er is geen verschil
C
prijsdiscriminatie gaat over 1 bepaald product, prijsdifferentiatie gaat om meerdere producten
D
prijsdiscriminatie gaat om of de klant een man of vrouw is

Slide 11 - Quiz

Kaartjes voor een familievoorstelling in schouwburg Amphion kosten € 9,50. Kinderen tot 12 jaar hoeven slechts € 4,25 te betalen.
Welke methode van prijszetting past de organisatie van het evenement toe?

A
Prijsdifferentiatie
B
Prijsdiscriminatie
C
Psychologische prijszetting

Slide 12 - Quiz

Bij een kledingwinkel krijgt elke klant bij aankoop van drie producten het goedkoopste artikel gratis. Welke methode van prijszetting past deze kledingwinkel toe?
A
Prijsdifferentiatie
B
Prijsdiscriminatie
C
Psychologische prijsstelling

Slide 13 - Quiz

Korting alleen voor
members van
HM is een vorm van
A
prijsdifferentiatie
B
prijsdiscriminatie
C
psychologische prijsstelling

Slide 14 - Quiz

Dit is een voorbeeld van ?
50 euro en 15 euro
A
prijsdiscriminatie
B
prijsdifferentiatie
C
psychologische prijsstelling

Slide 15 - Quiz

Slide 16 - Diapositive

Bij de kostprijsplusmethode maak je altijd winst
A
juist
B
onjuist

Slide 17 - Quiz

Follow the leader

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Als de andere (kleinere) aanbieders de prijsveranderingen van de marktleider volgen, spreken we van:
A
Me-too pricing
B
Put-out pricing
C
Follow the leader
D
Stay-out pricing

Slide 22 - Quiz

Een fabrikant van heftrucks hanteert extreem lage prijzen om de concurrentie uit de markt te verdrijven.
Welke methode van prijszetting past deze fabrikant toe?

A
Me-too pricing
B
Follow the leader
C
Put-out pricing
D
Stay-out pricing

Slide 23 - Quiz

Een aardappelgroothandel heeft besloten zijn prijzen op het prijsniveau van de grootste concurrenten vast te stellen. Welke prijsstrategie past de aardappelgroothandel toe?
A
put-out pricing
B
me-too pricing
C
Follow the leader
D
Stay-out pricing

Slide 24 - Quiz

Prestige pricing​
Je kunt ook juist boven de prijs van de marktleider gaan zitten

Slide 25 - Diapositive

Loss leader pricing
Een product wordt verkocht onder de marktprijs met als doel om later in de funnel met up-sells en cross-sells de winst per klant alsnog te verhogen. Het grote voordeel van deze strategie, is dat je grote hoeveelheden prospects in je funnel kunt krijgen.

Slide 26 - Diapositive

Going-rate pricing
Gemiddelde prijsniveau van concurrerende artikelen

Slide 27 - Diapositive

Action maakt gebruik van ... pricing
A
Stay-out pricing
B
Put-out pricing
C
Follow-the-leader
D
Loss leader pricing

Slide 28 - Quiz

Een filmkaartje bij een filmhuis kost bijna evenveel als bij Pathé (geen marktleider). Van welke prijszetting is sprake?
A
me-too pricing
B
put-out pricing
C
stay-out pricing
D
going-rate pricing

Slide 29 - Quiz

Ikea verkoopt sommige producten altijd onder de inkoopprijs. Van welke prijszetting is dit een voorbeeld?
A
kostprijs-plusmethode
B
going-rate pricing
C
loss leader pricing
D
follow the leader

Slide 30 - Quiz

Boven de prijs van de marktleider gaan zitten. Van welke prijszetting is dit een voorbeeld?
A
prestige pricing
B
follow the leader
C
prijsdiscriminatie
D
kostprijs-plusmethode

Slide 31 - Quiz

Bij going rate pricing wordt de prijs bepaald door:
A
Gemiddelde marktprijs
B
Prijs van de concurrent
C
Prijs van de prijsleider

Slide 32 - Quiz

Een ondernemer berekent een winstmarge over de productieprijs om de verkoopprijs te bepalen.

Welke prijsstrategie gebruikt de ondernemer?
A
Concurrentiegeoriënteerde prijsstrategie
B
Kostengeoriënteerde prijsstrategie
C
Vraaggeoriënteerde prijsstrategie
D
Afroomprijsstrategie

Slide 33 - Quiz

Als de andere (kleinere) aanbieders de prijsveranderingen van de marktleider volgen, spreken we van:
A
Me-too pricing
B
prijsdifferentiatie
C
Follow the leader
D
prestige pricing

Slide 34 - Quiz

Bij een kledingwinkel krijgt elke klant bij aankoop van drie producten het goedkoopste artikel gratis. Welke methode van prijszetting past deze kledingwinkel toe?
A
Prijsdifferentiatie
B
Prijsdiscriminatie
C
Psychologische prijsstelling

Slide 35 - Quiz

Sommige bedrijven gaan bij ... pricing nog een stapje verder door het product tegen een dusdanig lage prijs te verkopen, dat er verlies op het product wordt geleden. Van welke prijszetting is dit een voorbeeld?
A
Stay-out
B
Put-out
C
Follow-the-leader
D
Loss-leader

Slide 36 - Quiz