KT1 - Allergie en anafylactische reacties + medicatie

KT1 DA1


Allergische reacties 

1 / 31
suivant
Slide 1: Diapositive
Anatomie Fysiologie PathologieMBOStudiejaar 2,3

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 180 min

Éléments de cette leçon

KT1 DA1


Allergische reacties 

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen

Je weet hoe een allergische reactie ontstaat en welke processen in het lichaam plaatsvinden
Inleiding medische kennis H 8
  
Je kent de geneesmiddelen die bij een allergie kunnen worden voorgeschreven/gebruikt
Geneesmiddelenkennis H 9.2

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 3 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Allergie
  • Overdreven reactie van het afweersysteem;
  • Het lichaam reageert op een specifieke manier op een prikkel. Normaal is deze niet schadelijk, maar nu wel. 
  • Prikkel heet allergeen.


 

Slide 4 - Diapositive

Ongeveer 15-20% van de Nederlandse bevolking heeft er last van. Dit percentage neemt toe.
Is een allergie een ander woord voor een overgevoeligheidsreactie?
JA
Nee

Slide 5 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Nee, het is niet hetzelfde
Bij een allergie heb je last van je eigen afweersysteem. Je maakt er antistoffen tegen waardoor je een ontstekingsreactie krijgt. 

Bij overgevoeligheid (intolerantie) speelt het afweersysteem geen rol. 

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Allergenen
Allergenen zijn in principe onschadelijke stoffen die van buiten het lichaam afkomstig zijn. 

Mensen die een allergie hebben reageren hier anders op. 

Welke voorbeelden van allergenen kennen jullie?

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Inhalatie allergeen
Voedingsmiddelen
Insecten gif
Geneesmiddelen
Contactallergeen
Beroepsallergeen
pollen
koemelk of pinda's
wespensteek
penicilline 
nikkel (bijv. in sieraden)
tarwemeel bij bakkers

Slide 9 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Allergenen, vervolg..
In veel gevallen treden de klachten daar op waar het allergeen het lichaam binnen komt.



Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke allergische reacties ken je?

Slide 11 - Carte mentale

Loopneus = allergische rhinosinusitis 
Tranenvloed ogen = allergische conjunctivitis – hooikoorts
Astma = allergische bronchitis
Voedselallergie; zwelling mond of keel/ buikklachten
Allergeen in het bloed – histamine leidt tot netelroos= urticaria
Allergisch eczeem: constitutioneel/ atopisch eczeem 
Allergie ontwikkelen
Het lichaam ontwikkelt een allergie, sensibilisatie. Dit kan jaren duren.  
1. Het allergeen stimuleert de bloedcellen om IgE te produceren
2: IgE = immunoglobuline (eiwit) = antistof
3: de combinatie  van allergeen (bijv. pollen) en antistof (IgE), hecht aan een mestcel, maakt deze kapot en daardoor komt histamine vrij

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Mestcellen
Mestcellen liggen overal in je huid. 
Deze cellen bevatten een reservoir 
antistoffen welke worden losgelaten 
als een ontstekingsreactie wordt 
opgewekt. Histamine is de bekendste
antistof in een mestcel.

Slide 13 - Diapositive

Normale functie histamine: zorgt voor weefselherstel bij een ontsteking, bevordert aanmaak adrenaline, zorgt voor hersenfunctie alert zijn, maagzuurproductie

Histamine en gevolgen
  1: Vaatverwijding (vasodilatatie) van de bloedvaten in de huid, waardoor de bloeddruk daalt
2: Vernauwing van de bronchiën in de longen, geeft benauwdheid
3: Afname van de hartactiviteit, waardoor de bloeddruk daalt
4: Zwelling en roodheid van de huid

Slide 14 - Diapositive

Typerend voor allergie is de jeuk. Bij jeuk in de neus is de kans op allergie als oorzaak relatief groot. De conjunctivae (oogbindvliezen) kunnen door de ontsteking rood worden en branderig of jeukerig aanvoelen. Er kan sprake zijn van tranenvloed. Dit is allergische conjunctivitis. Ook in de bronchiën (lagere luchtwegen) kunnen allergische reacties optreden. Door ontstoken luchtpijptakjes gaat de patiënt hoesten. Dit is dus een bronchitis als gevolg van allergie. De patiënt kan door vernauwing van de bronchiën kortademig worden, wat soms leidt tot een aanval. Zo’n aanval wordt astma genoemd. Bij voedselallergie kunnen de lippen opzwellen, kan er jeuk in de mond optreden en de patiënt kan bijvoorbeeld misselijk worden of buikpijn krijgen. Allergeen kan ook in het bloed terechtkomen en via het bloed invloed hebben op de huid. Het vrijkomende histamine kan bijvoorbeeld leiden tot netelroos, ofwel galbulten. 

Slide 15 - Diapositive

Filmpje staat op de volgende dia

Slide 16 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Soorten
Type 1 allergie en type IV allergie (is vertraagde allergie) komen het meeste voor

Type 1 is een directe reactie, type IV vertraagd (vaak is dit eczeem wat na een paar dagen kan optreden)

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 19 - Diapositive

Laat de studenten kort de onderzoeken uitzoeken. 
Behandelingen
Voorkomen is beter dan genezen!
1. Antihistaminica
2. Corticosteroïden
3. Histamine-afgifte remmende stoffen
4. Desensibilisatie/ hyposensibilisatie

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


Antihistaminica:
 
cetirizine
 desloratadine
 levocabastine
Blokkeren de aangrijpingsplaatsen van histamine en zijn daardoor effectief  bij allergische rinitis, allergische conjunctivitis en urticaria

Eerste keus bij allergische aandoeningen

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

I.v.m. ontstekingsremmende eigenschappen. Deze middelen onderdrukken de heftigheid van de allergische reactie.

lokaal (bijv puffer of neusspray) of systemisch (oraal)

Corticosteroïden beclometason
 fluticason
 budesonide
 mometason

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Mestcel-stabilisatoren: cromoglicinezuur


Werken preventief bij allergische aandoeningen, omdat ze remmend werken op de afgifte van histamine bij het uiteenvallen van de mestcel. Als de allergische reactie al op gang is gekomen, heeft gebruik van deze stof geen zin

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Desensibilisatie/ hyposensibilisatie
Letterlijk betekent dat minder gevoelig maken. Als bekend is waarvoor iemand overgevoelig is, kan geprobeerd worden het lichaam langzaam te laten wennen aan deze allergische stof. 

Slide 24 - Diapositive

In theorie lijkt hyposensibiliseren dé oplossing voor alle allergiepatiënten. In de praktijk valt het resultaat vaak flink tegen. Uitsluitend voor inhalatieallergenen, en dan met name pollen, is het resultaat redelijk gunstig. Als injecties worden Alutard ®, Pharmalgen ®, Pollinex ® of Purethal ® gebruikt, voor oraal gebruik is er Grazax ®. Voorwaarde voor toepassing is wel dat de patiënt voor slechts enkele pollen overgevoelig is. Ook hyposensibilisatie voor bijen- of wespensteken is redelijk effectief. Een hyposensibilisatiekuur duurt meestal een aantal jaren
Anafylactische shock
Heftige allergische reactie = anafylaxie, opzwellen weefsel in strottenhoofd, astma-aanval, vasodilatatie van grote bloedvaten waardoor RR extreem daalt en de patiënt in shock raakt.


Slide 25 - Diapositive

vasodilatie = verwijden
anafylactische shock
  • Een shock kan ook veroorzaakt worden door een allergische reactie. 
  • Symptomen anafylactische shock: lage bloeddruk, duizeligheid, flauwte, zwelling van het gezicht en de luchtwegen, jeuk, braken, angst, ademhalingsmoeilijkheden. 

  • Bel ook dan gelijk 112. 
  • Iemand die er mee bekend is heeft meestal een Epipen bijzich. 
  • De Epipen mag je alleen zetten als het slachtoffer/de cliënt jouw toestemming heeft gegeven deze te gebruiken. 

  • Een Epipen bevat adrenaline, waardoor de allergische reactie wordt uitgesteld. 

Wat is een anafylactische shock?

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Anafylactische shock 
  • Vooral noten en pinda allergie kan heel gevaarlijk zijn
  • Zelfs mogelijk de dood tot gevolg 

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 28 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Epipen
De EpiPen Auto-Injector is een injectiespuit die gevuld is met adrenaline. Adrenaline is een hormoon dat bloedvaten vernauwt en de luchtwegen verwijdt. Klachten als gevolg van een hevige allergische reactie worden op deze manier (tijdelijk) opgeheven.

Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdracht
Ga naar Cumlaude en maak de volgende opdracht: Opdrachten Geneesmiddelenkennis H.9.2.

Slide 30 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 31 - Lien

Oefenen met de geneesmiddelen

Bij tijd over is er ook nog een kruiswoordpuzzel op Y-schrijf/Cumlaude