Quiz sondevoeding

Quiz sondevoeding
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Quiz sondevoeding

Slide 1 - Diapositive

Hoe zit je erbij vandaag?
😒🙁😐🙂😃

Slide 2 - Sondage

Benoem iets wat je al weet over Sondevoeding

Slide 3 - Diapositive

Welke functie heeft de alvleesklier?
A
Maken van alvleeskliersap en aanmaak insuline
B
Opslag van vitamine K
C
Productie van gal
D
Transport van voedsel

Slide 4 - Quiz

Wat gebeurt er in de dikke darm?
A
Afbraak van eiwitten
B
Opname van water en zouten
C
Productie van insuline
D
Vertering van koolhydraten

Slide 5 - Quiz

Waar wordt gal geproduceerd?
A
In de darmen
B
In de lever
C
In de maag
D
In de alvleesklier

Slide 6 - Quiz

Wat is de functie van de slokdarm?
A
Verteren van eiwitten
B
Transporteren van de voedselbrij naar de maag
C
Productie van gal
D
Afbreken van koolhydraten

Slide 7 - Quiz

Wat is een voordeel van kant-en-klare sondevoeding?
A
Kan altijd op kamertemperatuur
B
Hygiënisch en gemakkelijk in gebruik
C
Goedkoop en snel te maken
D
Bevat alleen suiker

Slide 8 - Quiz

Wat is een kenmerk van polymere voeding?
A
Al voorverteerd
B
Snel opneembaar
C
Glutenvrij
D
Bevat onverteerde voedingsstoffen

Slide 9 - Quiz

Wat is sondevoeding?
A
Snoepjes voor de keel
B
Dieetvoeding voor sporters
C
Vast voedsel
D
Vloeibare voeding via een sonde

Slide 10 - Quiz

Wat is de eerste fase van het slikproces?
A
Mondfase
B
Keelfase
C
Slokdarmfase
D
Voorbereidende fase

Slide 11 - Quiz

Wat is een kenmerk van anorexia nervosa?
A
Laag lichaamsgewicht
B
Verstoord lichaamsbeeld
C
Overmatige eetlust

Slide 12 - Quiz

Wat kan een oorzaak zijn voor sondevoeding?
A
Kanker met verminderde eetlust
B
Slikproblemen door neurologische aandoeningen
C
Goede voedselinname

Slide 13 - Quiz

Waarom wordt sondevoeding gegeven?
A
Voor gewichtsverlies
B
Als vervanging van normale voeding
C
Bij onvoldoende voedselinname

Slide 14 - Quiz

Wat is een voordeel van poedervormige sondevoeding?
A
Is altijd steriel
B
Neem minder ruimte in
C
Geef minder afval
D
Gemakkelijk mee te nemen

Slide 15 - Quiz

Welke voedingssonde is geschikt voor langdurig gebruik?
A
Silicone voedingssonde
B
PUR voedingssonde
C
Dunne microsonde
D
PVC voedingssonde

Slide 16 - Quiz

Wat is een kenmerk van een voedingspomp?
A
Geeft een alarmsignaal
B
Werkt op batterijen
C
Is handmatig instelbaar
D
Stelt de druppelsnelheid in

Slide 17 - Quiz

Hoeveel sondevoeding krijgt een zorgvrager gemiddeld per portie?
A
1000 ml
B
Maximaal 500 ml
C
50 ml
D
250-300 ml

Slide 18 - Quiz

Wat is een manier om sondevoeding toe te dienen?
A
Druppelsgewijs met voedingspomp
B
Met een infuus
C
Per portie via een spuit
D
Via een maagsonde zonder voeding

Slide 19 - Quiz

Wat is een PEJ-sonde?
A
Sonde naar de dikke darm
B
Sonde via de neus
C
Sonde voor korte tijd gebruik
D
Sonde naar de dunne darm

Slide 20 - Quiz

Hoe wordt een PEG-sonde geplaatst?
A
Met een injectie
B
Via een endoscoop
C
Via een operatie zonder endoscoop
D
Via de mond

Slide 21 - Quiz

Wat is een PEG-sonde?
A
Sonde die niet gefixeerd wordt
B
Sonde via de neus in de maag
C
Sonde via de buikwand in de maag
D
Sonde voor korte tijd gebruik

Slide 22 - Quiz

Evalueren
Hoe was de les :)

Slide 23 - Diapositive

Huiswerk
Bekijken video's Thieme: 
Doorlopen; Theorie Sondevoeding

Slide 24 - Diapositive