Interview klasgenoot 3v- Interviewverslag

Project de gelukkige klas 
1 / 10
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 10 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 450 min

Éléments de cette leçon

Project de gelukkige klas 

Slide 1 - Diapositive

Doelen

  • Je kunt een interview afnemen.
  • Je kunt open en gesloten vragen stellen.
  • Je kunt een interviewverslag schrijven.
  • Je kunt het werk van een ander beoordelen en daar feedback op geven.
  • Je leert samen te werken.
  • Je leert te reflecteren.

Slide 2 - Diapositive

Wat ga je doen?

  • Je interviewt iemand en schrijft een verslag van 1 a-4 hiervan met lettergrootte 12;

Slide 3 - Diapositive

Welke soorten vragen ken je?

Slide 4 - Carte mentale

Welke vraagwoorden ken je?

Slide 5 - Carte mentale

Slide 6 - Vidéo

Les 1/2: Opdracht
Voorbereiden
  1. Bedenk wie je gaat interviewen uit je klas. 

  2. Bedenk minimaal 5 vragen die je zou kunnen stellen, waarvan minimaal 3 open vragen. 
  3. Bedenk steekwoorden voor wat je gaat zeggen aan het begin van het interview (bijv. waarom je het interview houdt)
  4. Bedenk steekwoorden voor wat je gaat zeggen aan het eind van het interview (bijv. een bedankje)
  5. Na 5 minuten overleggen met een klasgenoot. 
  6. Vul je antwoorden aan en zorg dat je vragen, opening en afsluiting van je interview af zijn.
  7. Voer het interview in de klas uit.  



 



timer
5:00

Slide 7 - Diapositive

Les 1/2: Opdracht
  1. Wie ben je? Vertel eens wat over jezelf.
  2. Hoe is je thuissituatie?
  3. Heb je huisdieren?
  4. Wat is je lievelingseten?
  5. Wat is je lievelingsmuziek?
  6. Wat was jouw grootste uitdaging?
  7. Wat was het beste advies dat je ooit kreeg?
  8. Wie zijn je helden?
  9. Wie heb je het laatst gebeld?
  10. Waar heb je het laatst hard om gelachen?
  11. Wat is je mooiste jeugdherinnering?
  12. Wat is het belangrijkste dat je van je ouders geleerd hebt?



 



timer
5:00
13. Wanneer was je het gelukkigst?
14. Wat deed je eens, maar nooit meer?
15. Als je één ding mocht veranderen, wat zou dat dan zijn?
16. Wie wil je nog eens de waarheid vertellen?
17. Welke verleiding kun je niet weerstaan?
18. Wanneer en waarover lieg je?
19. Wat waardeer je het meest in jezelf?
20. Wat vinden je vrienden je beste eigenschap?
21. Waar zie je jezelf over 5 jaar?
22. Welke superkracht zou je willen hebben?
23. Wat is het stomste dat je ooit gedaan hebt?
24. Als je een dier was, welke zou dat dan zijn?

Slide 8 - Diapositive

Les 2 en 3: Interviewverslag
In een samenvattend interviewverslag geef je de antwoorden van de geïnterviewde in eigen woorden weer. Je kunt er af en toe een letterlijke uitspraak tussen zetten om de tekst levendiger te maken. Bijvoorbeeld: Gurbes ogen beginnen te stralen als hij vertelt over het uitzicht vanaf de bergtop. Dat is het allermooiste dat hij op zijn reizen heeft gezien: ‘dat was zo adembenemend!’

Stap 1 - Je schrijft eerst de inleiding, waarin je vertelt wie je hebt geïnterviewd, waarom je voor die persoon hebt gekozen (bijvoorbeeld wat zijn werk is of waar je haar van kent) en wat het doel van het interview is (wat wil je te weten komen?)

Stap 2 - Na de inleiding komt de kern. Bij een interviewverslag bestaat de kern natuurlijk uit de vragen die je hebt gesteld en de antwoorden die daarop zijn gegeven. Schrijf alles zo op dat het lekker leest, dus in een logische volgorde, zonder taalfouten en met een afwisselende woordkeus.

Stap 3 - Tot slot schrijf je het slot. Rond het verslag af met een terugblik of conclusie. Bij het afnemen van het interview heb je de geïnterviewde bedankt. In je interviewverslag hoef je dit niet op te nemen.

Slide 9 - Diapositive

Les 2/3: Schrijf je interviewverslag/Checklist interviewverslag
  • In de inleiding worden de naam van de geïnterviewde en het doel van het interview genoemd
  • In het interview worden (vooral) open vragen gesteld
  • Er wordt steeds maar één vraag tegelijk gesteld (en dus ook niet meerdere vragen in één)
  • De interviewer vraagt een aantal keer door als de geïnterviewde antwoord heeft gegeven
  • In het interview worden ten minste tien vragen gesteld
  • Het interviewverslag is duidelijk een samenvattend interviewverslag
  • In het interviewverslag wordt afgewisseld in woordkeus
  • Het interviewverslag heeft een logische volgorde
  • Het interviewverslag is informatief en amuserend
  • Het interviewverslag heeft een duidelijk slot

Slide 10 - Diapositive