Paragraaf 4.3: Kan het sneller en beter?

Paragraaf 4.3: Kan het sneller en beter?

Waar denk je dat deze paragraaf over gaat?

Leerdoelen

In deze les leer je:

• Wat technologische ontwikkelingen zijn
  
• Wat mechanisatie is
  
• Wat automatisering is
  
• Het verschil tussen mechanisatie en automatisering
  
• Wat arbeidsproductiviteit is
  
• Hoe de arbeidsproductiviteit kan toenemen
  
• Wat afschrijving is (K/GL)
  
• Hoe je de afschrijving van een kapitaalgoed berekent (K/GL)
  
• 
  

Mechanisatie en
automatisering

Technologische ontwikkelingen

Door onderzoek en experimenten beschikken we over nieuwe kennis van de techniek en nieuwe uitvindingen. Dit noem je technologische ontwikkelingen.

   

Je ziet de gevolgen hiervan in het leven van alledag terug. Telefoons die steeds meer kunnen, zelfrijdende auto’s, e-bikes, betalen met je telefoon en ga zo maar door.

Noem een voorbeeld van een technologische ontwikkeling die jouw leven leuker of makkelijker maakt.

Een uitspraak: ‘Wat je nu modern vindt, is volgend jaar ouderwets.’ Verklaar deze uitspraak.

Bij mechanisatie nemen machines steeds

1. meer werk over van mensen.
2. minder werk over van mensen.

Door mechanisatie hebben mensen steeds

1. meer zwaar werk te doen.
2. minder zwaar werk te doen.

Mechanisering en automatisering

Technologische ontwikkelingen maken het mogelijk om gemakkelijker te produceren. 

Daarbij onderscheiden we:

• Mechanisatie: machines nemen het zware werk van mensen over.
• Automatisering: computers en computerprogramma’s sturen de productie aan.

Mechanisatie kan ervoor zorgen dat het produceren van een scooter goedkoper wordt. Leg uit.

Mechanisatie kan er ook voor zorgen dat medewerkers van diezelfde scooterfabriek ontslagen worden. Leg uit hoe dat komt.

Wat is de juiste beschrijving van het begrip automatisering?

1. Computers en computerprogramma’s sturen de productie aan.
2. Doordat computers een deel van het werk overnemen, kan één werknemer minder produceren.
3. Door het gebruik van computers groeit het aantal banen.

Wie heeft er te maken met automatisering?

1. Agnes heeft een koeriersbedrijf. Er worden steeds meer pakketten verstuurd, dus koopt ze een grotere bestelwagen.
2. Suzanne werkt op een reisbureau. Dankzij een nieuw computerprogramma is het makkelijker om reizen te boeken. Ze kan klanten ook meteen laten zien wat de reis kost.

Steeds meer vuilniswagens hebben een grijparm. Zo kan één vuilnisman het afval ophalen, in plaats van drie.
Dit is een voorbeeld van

1. mechanisatie
2. automatisering

Via een app kun je eenvoudig al je bankzaken regelen.
Dit is een voorbeeld van

1. mechanisatie
2. automatisering

Arbeidsproductiviteit

Mechanisatie en automatisering helpen mee om de arbeidsproductiviteit te vergroten. 

Dat betekent dat de hoeveelheid producten die een werknemer kan maken in een bepaalde tijd groter wordt.

In een bedrijf met een hoge arbeidsproductiviteit:

1. maken werknemers per uur veel producten.
2. maken werknemers per uur weinig producten.

De eigenaar van een bedrijf wil graag dat de arbeidsproductiviteit in zijn bedrijf zo hoog mogelijk is. Geef hier een verklaring voor.

Je weet dat de arbeidsproductiviteit kan stijgen door mechanisatie en automatisering. Maar er zijn ook andere manieren. Noem een andere manier om de arbeidsproductiviteit te vergroten.

Kader

De leerlingen met Kaderniveau maken ook de volgende opdrachten. 

Afschrijving

In een bedrijf slijten machines en andere kapitaalgoederen geleidelijk. Door het gebruik worden ze ieder jaar minder waard. Deze jaarlijkse waardevermindering van een kapitaalgoed noem je afschrijving.

Afschrijving is de jaarlijkse ...

1. waardevermindering van een kapitaalgoed.
2. waardevermeerdering van een kapitaalgoed.

Jaarlijkse afschrijving berekenen

Afschrijving per jaar = aanschafprijs ÷ aantal gebruiksjaren

Voorbeeld:

Noa koopt voor € 35 100 een nieuwe bedrijfsauto. 

De auto gaat negen jaar mee. 

Per jaar is de afschrijving

€ 35 100 ÷ 9 = € 3 900

Lex heeft een oud Volkswagen­busje laten ombouwen tot rijdende snackbar. De verbouwde bus kostte € 22.000 en moet acht jaar meegaan.
Bereken de afschrijving per jaar.

Wat heb jij vandaag geleerd? Schrijf zo veel mogelijk dingen op!

Wat vond je lastig? Schrijf dit onderwerp op! Dan gaan we het hier de volgende les nog even over hebben!

Aan de slag!

- Maak nu paragraaf 4.3 in het werkboek op blz. blz. 150 t/m 154 (Kader  maakt ook blz. 155)

- Maak foto's van je gemaakte werk en lever dit in via classroom

Klaar => maak een keuze

- Herhalingsopdrachten (paragraaf 4.3 op blz. 172) 

- Plusopdrachten (paragraaf 4.3 op blz. 175) 

create.kahoot.it