Oefening bij Hst. 6 6.1 en 6.2

Sinds 17 maart dit jaar is de maximum snelheid op snelwegen verlaagd naar 100 km/uur. Hierdoor gebruiken auto's minder brandstof, slijten de banden minder snel en stoten ze minder gassen uit. Op welke gebieden heeft deze maatregel invloed op het milieu?
voedsel
energie
water
grondstoffen
afval
1 / 33
suivant
Slide 1: Question de remorquage
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Sinds 17 maart dit jaar is de maximum snelheid op snelwegen verlaagd naar 100 km/uur. Hierdoor gebruiken auto's minder brandstof, slijten de banden minder snel en stoten ze minder gassen uit. Op welke gebieden heeft deze maatregel invloed op het milieu?
voedsel
energie
water
grondstoffen
afval

Slide 1 - Question de remorquage

Bekijk het plaatje hiernaast. Hoe kun je het verschil verklaren tussen de gemiddelde belg en de gemiddelde Afrikaan?
A
Er wonen per vierkante meter minder mensen in afrika.
B
Mensen in afrika zijn gemiddeld armer.

Slide 2 - Quiz

Op welke manieren gebruik jij energie?

Slide 3 - Question ouverte

Waarvoor gebruik je elke dag water?

Slide 4 - Question ouverte

Voor welke spullen zijn welke grondstoffen nodig?

kleding
mobieltje
fiets
schoolboek
(meerde antwoorden zijn mogelijk)
goud
katoen
ijzer
hout
rubber
aardolie
kobalt
papier

Slide 5 - Question de remorquage

Noem bij elke categorie afval een product wat jij gebruikt: huishoudelijk afval; papier; plastic; afvalwater; afvalgassen

Slide 6 - Question ouverte

Waar haal jij je eten vandaan?
A
De boodschappen worden voor me gedaan.
B
Ik haal meestal zelf wat bij de supermarkt.

Slide 7 - Quiz

Drinkwater
Dat we onze wc's doorspoelen met schoon drinkwater is natuurlijk een beetje gek. Er is tenslotte geen mens dat uit de wc drinkt. Om drinkwater te besparen kun je gebruik maken van een gescheiden watersysteem. Hierbij kan minder schoon (grijs) water worden gebruikt voor andere doeleinden dan om te drinken.

Slide 8 - Diapositive

Hoeveel drinkwater zou je kunnen besparen met een gescheiden watersysteem?

Slide 9 - Question ouverte

Hoeveel liter water kun je besparen als je niet iedere dag doucht?

Slide 10 - Question ouverte

Leg uit hoeveel water je kunt besparen met een vegetarisch en een veganistisch dieet.

Slide 11 - Question ouverte

ecologische voetafdruk
Een inwoner van India gebruikt 0,75 hectare en een Amerikaan wel 8,59. In Nederland komen we gemiddeld aan 4,15 hectare, dat zijn ruim negen voetbalvelden bij elkaar! Wanneer we alle grond op aarde eerlijk verdelen, dan is er voor iedere wereldbewoner 1,7 hectare grond beschikbaar en putten we de aarde ook niet uit.

Slide 12 - Diapositive

Waar valt voor Nederland de meeste winst te halen bij de verkleining van onze voetafdruk?

Slide 13 - Question ouverte

Combineer de juiste zinnen met de woorden:
*Consument
*Producent
*Reducent
*Afvaleters
zet afvalresten om in mineralen
legt energie vast in glucose
verbrand glucose voor energie
eet resten en maakt afval klein

Slide 14 - Question de remorquage

Zet de organismen bij de juiste begrippen.
*Consument
*Producent
*Reducent
*Afvaleters
regenworm
koolmees
gras
paddestoel
kamerplant
koe
mestkever
tuinslak
koolwitje
melkzuurbacterie

Slide 15 - Question de remorquage

Combineer de juiste begrippen.
Fotosynthese
Verbranding
energie uit zonlicht
energie komt vrij
koolstofdioxide
zuurstof
glucose
water

Slide 16 - Question de remorquage

Maak de reactievergelijking van fotosynthese kloppend.
+
+
  _______>
zonlicht
koolstofdioxide
zuurstof
water
glucose

Slide 17 - Question de remorquage

Maak de reactievergelijking van verbranding kloppend.
+
+
  _______>
verbranding
koolstofdioxide
zuurstof
water
glucose

Slide 18 - Question de remorquage

In welk deel van de kringloop van fotosynthese en verbranding horen de deelnemers van de voedselkringloop?
fotosynthese
verbranding
producent
consument
afvaleter
reducent

Slide 19 - Question de remorquage

Kringloop
De kringloop van verbranding en fotosynthese wordt ook wel koolstofkringloop genoemd. De koolstof (C) wordt door de plant vastgelegd en komt bij verbranding weer vrij.

Slide 20 - Diapositive

Welke kringloop zie je in het plaatje hiernaast? En is de kringloop gesloten of niet?
A
zuurstofkringloop; gesloten
B
koolstofkringloop; gesloten
C
zuurstofkringloop; niet gesloten
D
koolstofkringloop; niet gesloten

Slide 21 - Quiz

Is de waterkringloop zoals in het plaatje hiernaast een gesloten kringloop of niet?
A
gesloten
B
niet gesloten

Slide 22 - Quiz

Is de kringloop van de veeteelt, zoals in het plaatje hiernaast, een gesloten kringloop of niet?
A
gesloten
B
niet gesloten

Slide 23 - Quiz

Benoem de nummers 1 t/m 3.
1 =
2 =
3 =
fotosynthese
verbranding
opslag van koolstof

Slide 24 - Question de remorquage

Koolstofkringloop
In het plaatje hiernaast zijn 2 koolstofkringlopen te zien: de kringloop via natuurlijke afbraak (2-3-4) en de kringloop via verbranding in houtkachels (2-3-1).

Slide 25 - Diapositive

Welke koolstofkringloop is gesloten? En welke niet?
A
2-3-1 is een gesloten kringloop
B
2-3-1 is GEEN gesloten kringloop
C
2-3-4 is een gesloten kringloop
D
2-3-1 is GEEN gesloten kringloop

Slide 26 - Quiz

Leg uit waarom de koolstofkringloop via de houtkachel niet gesloten is.

Slide 27 - Question ouverte

Hiernaast zie je een schematische weergave van de fotosynthese. Vul het plaatje verder in.
water
zonlicht
glucose
zuurstof
koolstofdioxide

Slide 28 - Question de remorquage

De eieren die je in de supermarkt koopt zijn niet van legbatterijkippen. Toch eet jij waarschijnlijk dagelijks legbatterij-eieren. Waar zijn legbatterijen een voorbeeld van?
A
monocultuur
B
intensieve veeteelt

Slide 29 - Quiz

Als je legbatterij-eieren niet los kunt kopen hoe komen die dan toch in je voeding terecht?

Slide 30 - Question ouverte

Wanneer de melkkoeien buiten komen staan ze vaak op eentonige weilanden te grazen. Waar is dit een voorbeeld van?
A
monocultuur
B
intensieve landbouw
C
intensieve veeteelt en intensieve landbouw
D
monocultuur en intensieve veeteelt

Slide 31 - Quiz

Met welke maatregelen kan een melkboer de productie verhogen? Zet een vinkje bij de goede antwoorden.
Weidegang beperken
Krachtvoer geven
Kalfje bij de koe weghalen

Slide 32 - Question de remorquage

Slide 33 - Question de remorquage