Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
La durée de la leçon est: 50 min
Éléments de cette leçon
Lezer en tekst
Slide 1 - Diapositive
lezer en tekst
- leesmotivaties
- effect
- open plekken
- gesloten einde / open einde
- spanning
- verwachtingen
Slide 2 - Diapositive
Lesdoel:
Ik kan verschillende elementen benoemen over de lezer en de tekst.
Slide 3 - Diapositive
Welke leesmotivaties kan je noemen?
Slide 4 - Carte mentale
Open plekken in een tekst
Open plekken zijn tekstpassages die vragen oproepen.
- open einde: Je hebt de tekst helemaal gelezen en er zijn nog belangrijke open plekken (vragen blijven openstaan)
- gesloten einde: Je hebt de tekst helemaal gelezen en alle open plekken kunnen worden ingevuld (geen vragen meer!)
Slide 5 - Diapositive
Arjen Lubach over Magnus
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Vidéo
Is Magnus lectuur of literatuur?
Slide 8 - Question ouverte
Genre
Boeken behoren tot een genre.
Dit is het soort verhaal.
Slide 9 - Diapositive
genre?
genre?
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Diapositive
Schrijvers die succesvol willen zijn moeten voldoen aan de volgende lezersverwachtingen:
Lezers hebben verwachtingen door het soort tekst (genre) dat zij lezen. Het werk moet herkenbaar en geliefd genre zijn -> bijv. de literaire thriller, oorlogsverhaal, etc.
Lezers hebben verwachtingen o.b.v. een soort mentaal schema: gebeurtenissen, verloop, menselijke gedragingen, reacties personages
Lezers verwachten dat een tekst samenhang heeft: zinnen sluiten goed aan, logische en chronologische volgorde tussen gebeurtenissen, etc.
Slide 12 - Diapositive
Wat is een open plek?
A
Je snapt het verhaal niet
B
Een tijdsprong
C
Een onbeantwoorde vraag
D
Een antwoord op een vraag
Slide 13 - Quiz
Een verhaal heeft een open einde als:
A
je niet weet hoe het afloopt met de personages
B
je niet weet wat er verder nog gaat gebeuren
C
je je nog dingen afvraagt
D
de belangrijkste vraag uit het verhaal niet is beantwoord
Slide 14 - Quiz
Wat zijn geen kenmerken van een open einde?
A
Het verhaalprobleem is opgelost
B
Een aantal zaken blijft onopgelost.
C
Je kunt zelf invullen hoe het verhaal verder zal gaan
D
En ze leefden nog lang en gelukkig
Slide 15 - Quiz
Een boek heeft een gesloten einde als...
A
... de lezer zelf moet doordenken hoe het verder zal gaan
B
... het slot van het boek geheim blijft voor de lezer
C
... de schrijver precies vertelt hoe alles afloopt
D
... het slecht afloopt met de hoofdpersoon
Slide 16 - Quiz
Er zijn 3 zaken die een rol spelen bij de lezersverwachtingen:
A
genre, mentaal schema, samenhang
B
mentaal schema, happy end, gesloten einde
Slide 17 - Quiz
Doen
- Lees de tekst H3 Lezer en tekst, Blz. 5-6 reader
- Wat weet je misschien al over 'boek 1'? Vul je aantekeningen aan
- Tip: maak een samenvatting van de belangrijkste zaken over de les van vandaag