maandag 30 mei Blok 5 lezen

Blok 5 Lezen
1 / 28
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

Blok 5 Lezen

Slide 1 - Diapositive

Deze week
Maandag werken aan Lezen blok 5
Dinsdag hetzelfde
Woensdag Nieuwsbegrip en
Donderdag presentatie en werken aan filmverslag.

Slide 2 - Diapositive

Overtuigende tekst
De lezer redenen geven waarom de mening van de schrijver juist is.
Let goed op het verschil tussen meningen en feiten.

Slide 3 - Diapositive

Weet wat je leest
Via kranten, tijdschriften en vooral internet kun je snel en makkelijk informatie vinden. Het is belangrijk om te weten of alles wat je leest ook echt waar is.

Slide 4 - Diapositive

Waar komt de tekst vandaan?
Als je een tekst leest, kijk dan eerst waar de tekst vandaan komt (de bron). Een tekst op een serieuze nieuwssite of bijvoorbeeld Facebook.

Slide 5 - Diapositive

Wat is het doel van de tekst?
Let ook op het doel van de tekst. Een schrijver die iets wil verkopen, kun je niet altijd geloven. Hij zal dan alleen de goede dingen vertellen en niet de minder goede.

Super handig, nergens goekoper

Slide 6 - Diapositive

Betrouwbaarheid van een tekst
  • Niet alles wat je leest is betrouwbaar.
  • Een betrouwbare tekst heeft controleerbare feiten. 

Slide 7 - Diapositive

FEIT

- Uitspraak over iets wat waar of niet waar is

- Een feit kan je controleren



Slide 8 - Diapositive

MENING (STANDPUNT)

- Wat iemand ergens van vindt

Het is niet controleerbaar

-Je kunt het eens of oneens zijn

Slide 9 - Diapositive

Staat hier een feit, mening of argument?

Nederlands is het leukste vak op school.
A
Feit
B
Mening

Slide 10 - Quiz

Staat hier een feit, mening of argument?

Ik vind 'The Cell' een spannende film.
A
Feit
B
Mening

Slide 11 - Quiz

Staat hier een feit, mening of argument?

Morgen moet ik naar de tandarts.
A
Feit
B
Mening

Slide 12 - Quiz

Staat hier een feit, mening of argument?

Als je te laat bent, dan moet je je melden.
A
Feit
B
Mening

Slide 13 - Quiz

Staat hier een feit, mening of argument?

Ik vind het raar om docenten aan te spreken met u.
A
Feit
B
Mening

Slide 14 - Quiz

Staat hier een feit, mening of argument?

Jesse Klaver moet de nieuwe minister president worden.
A
Feit
B
Mening

Slide 15 - Quiz

Een tekst met als titel "Red Bull is goed voor je". Geschreven door de directeur van Red Bull. Betrouwbaar of niet?
A
Betrouwbaar
B
Onbetrouwbaar

Slide 16 - Quiz

Een tekst over een griepepidemie geschreven door een arts. Betrouwbaar of niet?
A
Betrouwbaar
B
Onbetrouwbaar

Slide 17 - Quiz

Lekker aan de slag

Slide 18 - Diapositive

Inleiding en slot

Slide 19 - Diapositive

Inleiding
Middenstuk
Slot
1.
2.
3.
4.
5.
6.

Slide 20 - Question de remorquage

Heb je weleens geprobeerd gezonder te eten ?
A
inleiding
B
slot

Slide 21 - Quiz

We moeten dus afwachten of deze nieuwe winkel een succes wordt.
A
inleiding
B
slot

Slide 22 - Quiz

De c.d. is verrassend, vrolijk en heel knap gemaakt. Koop hem, het is je geld waard.
A
inleiding
B
slot

Slide 23 - Quiz

Dit hoofdstuk ging over ontdekkingsreizen. Je weet nu hoe Noord- en Zuid-Amerika zijn ontdekt.
A
inleiding
B
slot

Slide 24 - Quiz

In deze paragraaf leer je hoe je haar verft met een permanente haarkleuring.
A
inleiding
B
slot

Slide 25 - Quiz

We stonden in de rij bij de kassa, met onze zakjes chips en blikjes drinken. De kassière keek niet bepaald vrolijk toen we allemaal apart wilden afrekenen.
A
inleiding
B
slot

Slide 26 - Quiz

Lekker aan de slag

Slide 27 - Diapositive

volgende week week 23
Maandag Pinkerdag
Dinsdag studiedag
Woensdag Nieuwsbegrip, huiswerk blok 5 is af
Donderdag filmverslag inleveren
Week 24 
Maandag oefentoets blok 5
dinsdag Walibi
Woensdag Toets blok 5
Donderdag geen Nederlands

Slide 28 - Diapositive