H3 Grammatica zins + formuleren

1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Telefoon in je kluisje?! 

Slide 2 - Diapositive

Zorg dat je startklaar bent
Huiswerk open op tafel. Leesboek, pen, en aantekeningenschrift. Chromebook dicht op tafel.

 
Oortjes in je tas.  



Welkom bij 
Nederlands

Slide 3 - Diapositive

timer
1:00

Slide 4 - Diapositive

Lesdoelen
  • Ik weet wat een beknopte bijzin is. 
  • Ik kan de functie van een beknopte bijzin bepalen.
  • Ik kan de verschillende soorten beknopte bijzinnen herkennen. 
  • Ik kan een beknopte bijzin controleren op juistheid. 
  • Ik kan een onjuiste beknopte bijzin verbeteren. 


Slide 5 - Diapositive

PW Lezen inhalen
Donderdag 11 januari tijdens NE.
Al gemaakt? Dan hoef je niet te komen. 

Slide 6 - Diapositive

Herhalen theorie
  • Schrijf de antwoorden op de vragen in je schrift! 

  1. Welke zinsdelen heb je allemaal geleerd?
  2. Welke zinsdelen heb je minimaal nodig om een zin te vormen?
  3. Kan een bijzin los staan, zonder hoofdzin?
  4. Wat is het kenmerk van een bijzin? 

Slide 7 - Diapositive

H3 Grammatica zinsdelen
Een normale bijzin heeft een eigen OND en PV.
Een beknopte bijzin is een verkorte versie van een bijzin.

Slide 8 - Diapositive

Voorbeelden gewone en beknopte bijzin
a Stefano is bang verkeerd begrepen te worden.
b Stefano is bang dat hij verkeerd begrepen wordt.
a Hevig blozend keek hij haar aan.
b Terwijl hij hevig bloosde, keek hij haar aan.




Slide 9 - Diapositive

Theorie - deel 2
  • Onderwerp en persoonsvorm ontbreken in een beknopte bijzin.
  •  Het onderwerp is ‘verzwegen’ --> verzwegen onderwerp kun je afleiden uit de hoofdzin (het is daar het ow, lv of mv).

 Dromend over zijn toekomst (bekn. bz.) viel hij in slaap. 
Verzwegen onderwerp = hij 

Slide 10 - Diapositive

Theorie - deel 3 - herkennen beknopte bijzin
In plaats van de persoonsvorm kan de beknopte bijzin bevatten:

  • een voltooid deelwoord:
 Aangekomen op het vakantieadres meldde mijn vader zich aan de balie.
  • een onvoltooid deelwoord: 
 Naar huis fietsend bedacht Mark zich, keerde om en reed terug.
  •  ‘te + infinitief’: 
 Na zijn kast te hebben leeggehaald vond Tim de shirts die hij zocht.

Slide 11 - Diapositive

Vanmiddag zei de loodgieter dat hij alle kranen had vervangen.
A
beknopte bijzin met voltooid deelwoord
B
beknopte bijzin met onvoltooid deelwoord
C
beknopte bijzin met 'te' + infinitief
D
gewone bijzin

Slide 12 - Quiz

Loerend op haar prooi sloop de oude leeuwin over de savanne.
A
beknopte bijzin met voltooid deelwoord
B
beknopte bijzin met onvoltooid deelwoord
C
beknopte bijzin met 'te' + infinitief
D
gewone bijzin

Slide 13 - Quiz

Heeft Robin je uitgelegd hoe je snel een fietsband kunt plakken?
A
beknopte bijzin met voltooid deelwoord
B
beknopte bijzin met onvoltooid deelwoord
C
beknopte bijzin met 'te' + infinitief
D
gewone bijzin

Slide 14 - Quiz

De lerares waarschuwde haar leerlingen op tijd aanwezig te zijn.
A
beknopte bijzin met voltooid deelwoord
B
beknopte bijzin met onvoltooid deelwoord
C
beknopte bijzin met 'te' + infinitief
D
gewone bijzin

Slide 15 - Quiz

Na drie verloren finales eindelijk kampioen geworden, bedankte de basketballer zijn ouders en staf.
A
beknopte bijzin met voltooid deelwoord
B
beknopte bijzin met onvoltooid deelwoord
C
beknopte bijzin met 'te' + infinitief
D
gewone bijzin

Slide 16 - Quiz

H3 Formuleren
Beknopte bijzinnen controleren en verbeteren

Slide 17 - Diapositive

Beknopte bijzin
  • Bevat geen persoonsvorm en geen onderwerp. 
  • Onderwerp van beknopte bijwoordelijke bijzin moet hetzelfde zijn als het onderwerp van de hoofdzin --> als dit niet zo is spreek je van een foutieve beknopte bijwoordelijke bijzin.

Slide 18 - Diapositive

Foutieve beknopte bijwoordelijke bijzinnen
  • Het onderwerp van de beknopte bijzin is niet hetzelfde als het onderwerp van de hoofdzin.

Lopend naar de overkant reed de auto hem bijna aan.
In roomboter gebraden eet hij het vlees met smaak op.
Na koffie gedronken te hebben, reed de bus verder.

Slide 19 - Diapositive

Na drie uur overlegd te hebben, zagen de Philipsmedewerkers af van de staking.
A
Goed
B
Fout

Slide 20 - Quiz

Kijkend uit het raam, vielen de dakpannen naar beneden.
A
Goed
B
Fout

Slide 21 - Quiz

Hoe verbeter je deze foutieve beknopte bijwoordelijke bijzinnen?
Beknopte bijzin in een gewone bijzin veranderen (met onderwerp, persoonsvorm (en voegwoord)).

Lopend naar de overkant reed de auto hem bijna aan -> 
Toen hij naar de overkant liep, reed de auto hem bijna aan. 

Slide 22 - Diapositive

Hoe verbeter je deze foutieve beknopte bijwoordelijke bijzinnen?
Verander de hoofdzin en vul het verzwegen onderwerp in. 

Lopend naar de overkant reed de auto hem bijna aan.
Lopend naar de overkant werd hij bijna aangereden door een auto. 

Slide 23 - Diapositive

Verbeter de onderstaande foutief beknopte bijzin:
In kennelijke staat van dronkenschap verkerend, vond de agent hem in de goot.

Slide 24 - Question ouverte

Hoe verbeter je deze foutief beknopte bijzin?
Na een uur gewacht te hebben arriveerde de bus.

Slide 25 - Question ouverte

Verbeter deze zin:
Vrolijk dansend, werden de aardappels geschild.

Slide 26 - Question ouverte