1 maart (2BK NL)

Welkom! 
Pak je telefoon erbij en ga naar: 
lessonup.app
Vul deze code in: 
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Welkom! 
Pak je telefoon erbij en ga naar: 
lessonup.app
Vul deze code in: 

Slide 1 - Diapositive

Hoe was je vakantie?
😒🙁😐🙂😃

Slide 2 - Sondage

Wat was het leukste van je vakantie?

Slide 3 - Carte mentale

Wat vind je van de 'nieuwe' maatregelen/aanpassingen?

Slide 4 - Carte mentale

Wat vind je van 'minimaal 1 dag per week naar school' voor de middelbare school?

Slide 5 - Carte mentale

Planning
Boekverslag
Opstel
Aan de slag! 

Slide 6 - Diapositive

Boekverslag
Deze moest ingeleverd worden via 'Opdrachten' op Magister. 

Samen kijken we even welke al binnen zijn en welke nog niet. 
Deze week inleveren!

Slide 7 - Diapositive

Opstel
Deze moest ook ingeleverd worden via 'Opdrachten' op Magister. 

Samen kijken we even welke al binnen zijn en welke nog niet. 
Deze week inleveren!

Bij dit cijfer telt ook de voorbereiding. 
Ik wil dus ook je tabel en indeling ontvangen, anders mis je punten.

Slide 8 - Diapositive

Aan de slag! 
PV TT
PV VT
Zwakke/Sterke werkwoorden

Slide 9 - Diapositive

PV TT

Slide 10 - Carte mentale

PV VT

Slide 11 - Carte mentale

Zwakke/Sterke werkwoorden

Slide 12 - Carte mentale

PV TT 
(persoonsvorm tegenwoordige tijd)

ik of jij/je erachter: ik-vorm (loop, fiets, vind)
andere enkelvoud: ik-vorm +t (loopt, fietst, vindt)
meervoud: hele werkwoord (lopen, fietsen, vinden)

lopen / horen (ik loop / hij hoort / jij loopt / hoor jij)
                           (ik vind / hij vindt / jij vindt / hoor jij)

Slide 13 - Diapositive

PV VT 
(persoonsvorm verleden tijd)

Verschil tussen zwakke en sterke werkwoorden




Slide 14 - Diapositive

Zwak vs Sterk
Zwakke werkwoorden: Klank blijft gelijk (hoor/hoorde, fiets/fietste)
Sterke werkwoorden: Klank verandert (loop/liep, zwem/zwom)

Zwakke vorm = stam + te(n)/de(n) (fietste(n), hoorde(n))
Sterke vorm = Zo kort mogelijk (vond)

Slide 15 - Diapositive

't ex fokschaap
Niet zeker of je te(n)/de(n) nodig hebt? 
Kijk waar het werkwoord op eindigt zonder -en: 
renn'en / werk'en / fiets'en / verhuiz'en / rad'en
ren-de / werk-te / fiets-te / verhuis-de / raad-de

Slide 16 - Diapositive

Aan de slag
Bekijk zelf het uitleg filmpje op Nieuw Nederlands Online. 
Ik laat eerst zien hoe je daar komt. 

De opdrachten zijn herhaling en niet voor iedereen. 
Ik heb gekeken wie het nog niet gemaakt heeft, of waar het niet zo goed ging. (8 februari)

Slide 17 - Diapositive

Aan de slag
Helemaal maken: Fleur - Venus - Chaya - Jafeth
Herhaling van een paar opdrachten: Manon, Rick, Joep, Sam, Meadow, Dinand, Arnoud

Sta je hier niet tussen? Dan hoef je alleen het filmpje te kijken op de site. 
Sta je hier wel bij? Dan staan de opdrachten voor je klaar. 

Slide 18 - Diapositive

Zijn er nog vragen?
Ja
Nee

Slide 19 - Sondage