Oefentoets examen 4

• Spel en leeromgeving
• MBO
• Studiejaar 1

oefentoets  15 minuten

Examen 4

Creëert een verantwoorde spel-/leeromgeving

De inrichting van de ruimte heeft geen invloed op het kind

1. Juist
2. Onjuist

Wat is het belangrijkst bij het inrichten van de ruimte?

1. De grootte van de ruimte
2. De functie van de ruimte en de doelgroep
3. De hoeveelheid te besteden geld
4. Lichtinval van de ruimte

Wat is een goede voorbereide omgeving?

1. Zorgt voor emotionele stabiliteit
2. Zorgt voor samenspel
3. Komt tegemoet aan de behoefte van het kind
4. De vrijheid die het kind krijgt om te spelen

Hoe zorg je voor rust en ruimte ?

1. Veel verschillende kleur en materiaal gebruik
2. Multifunctioneel maken
3. Alles zoveel mogelijk in dezelfde kleur kopen
4. Meubels in neutrale tinten

Waarom is een lichtplan belangrijk ?

1. Bepaalt sfeer in de ruimte
2. Voelt je sneller thuis
3. Minder vermoeiend voor de ogen
4. Bepaalde plekken benadrukken

Wat is geschikt klimmateriaal voor baby's ?

1. Plastic lage glijbaan of bank in de groepsruimte
2. Geen klimmaterialen
3. Harde materialen zoals een oploopje of labyrint van hout
4. Zachte klimmaterialen

In speelhoeken moet het speelgoed opgeruimd kunnen worden in plastic bakken zodat de hoek niet rommelig wordt.

1. Juist
2. Onjuist

Een speelhoek moet altijd dezelfde inrichting hebben zodat de kinderen weten waar ze aan toe zijn.

1. Juist
2. Onjuist

Wat is de belangrijkste functie van de dagritme kaarten.

1. Groep ziet er gezellig uit
2. Biedt kinderen veiligheid en structuur
3. Invalmedewerker kan direct zien wat de dagstructuur is
4. Vooral voor kinderen die minder auditief zijn

Loose parts,
Benoem er 3 die je kan toepassen in de kinderopvang.

De pedagogische visie heeft invloed op de inrichten van de ruimte

1. Juist
2. Onjuist

Waar moet je rekening mee houden bij de inrichting van de peutergroep?

1. De kinderen moeten zo weinig mogelijk prikkels hebben.
2. De kinderen hebben veel bewegingsruimte nodig.
3. De kinderen willen soms niet gezien worden.
4. De kinderen willen afwisseling.

Wat is belangrijk bij de inrichting van de binnenruimte?

1. het gebruik van markers
2. het gebruik van dagritme kaarten
3. het gebruik van zwart en grijstinten
4. het gebruik van hoge kasten

Welke kleuren activeren de kinderen?

1. blauw en groen tinten
2. oranje en geel
3. bruin en paars
4. wit en grijs

Welke hoek geeft kinderen de gelegenheid om zich terug te trekken en prikkels te verwerken.

1. Leeshoek
2. Bouwhoek
3. Poppenhoek
4. Huishoek

Waar moet een goed binnenklimaat voldoen?

1. Rustige kleuren
2. vloerkleden moeten goed vastliggen
3. Er moet een aangename temperatuur zijn en voldoende frisse lucht.
4. Er moet veel daglicht binnen komen.

Voor welke doelgroep is het belangrijk dat er veel bewegingsvrijheid is en ruimte om te ontdekken in de groep?

1. dreumesen
2. baby's
3. BSO kinderen
4. peuters

Waarin staat dat veiligheid van kinderen altijd gewaarborgd moet zijn?

1. pedagogisch beleidsplan
2. wet kinderopvang
3. risico inventarisatie
4. veiliheidsbeleid