week 2 - Deelnemers deel II

• criminaliteit
• MBO
• Studiejaar 1

Criminaliteit

schooljaar 2022/2023, OP4

Deelnemers strafproces:
Wat weet je nog?

terugblik vorige les

Video + opdracht

We bekijken een video. Aan de hand van deze video gaan jullie in tweetallen aan de slag met een opdracht met betrekking tot de deelnemers van het strafproces. 

De opdracht wordt beoordeeld met een cijfer.

Kijk dus aandachtig mee naar de video!

01:59

Meneer Helmer gaat staan voor de rechtbank. Vind jij het normaal om te gaan staan voor de rechtbank?

1. Ja
2. Nee

03:15

Meneer Helmer ( al vaker veroordeeld voor geweldsfeiten) heeft het over een stamp geven. Hoe zou jij reageren?

03:51

Terwijl de rechter nog aan het praten is zegt Helmer: "Kijk, luister eens"
Zou jij zo praten tegen een rechter?

08:24

Meneer Helmer geeft aan dat hij wel vaker iemand heeft bijgewerkt en dat dan na 1 week echt nog wel te zien is. Hij lijkt dit vrij normaal te vinden. Wat vind jij daarvan?

1. ook normaal
2. heel zorgelijk

09:11

Wat vind je van zijn gezichtsuitdrukking naar de rechter? Vind je dit normaal/gepast?

1. Nee
2. ja

09:11

Als jij deze rechter was, zou zijn optreden in de rechtbank dan in zijn voordeel werken of juist niet?

Het strafproces

De opdracht

Bekijk de afbeelding van het strafproces goed.

1. Vul bij elk nummer de juiste deelnemer in. (2 punten)

2. Geef bij de kopjes “slachtoffer” en “toga” in eigen woorden een omschrijving. Bijvoorbeeld: wat kun je vertellen over de rol van het slachtoffer in het strafproces en wie heeft een toga aan en waarom? (1 punt)

3. Geef vervolgens bij elk nummer in eigen woorden een uitgebreide omschrijving van de betreffende deelnemer. Wat is zijn/haar rol in het strafproces? (4 punten)

4. Beschrijf vervolgens welke verschillen jou zijn opgevallen tussen het strafproces van meneer Helmer en het plaatje. (3 punten)

Lever de opdracht vervolgens aan het einde van de les in bij de docent. 

Beantwoord de volgende vragen

1. Van welk strafbaar feit wordt de heer Helmer verdacht?

2. Wat is zijn verweer?

3. Wat is jouw uitspraak als je de rechter bent?

4. Wat vind je een passende straf?