3.1 Oriëntatie Een tijd van voorspoed

• Geschiedenis
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 2

Hst 3 De republiek in de Gouden Eeuw

3. Oriëntatie Een tijd van voorspoed

Tijdvak  (6) van  regenten en vorsten. 

Lesdoel

Hoe kon de republiek der zeven verenigde Nederlanden uitgroeien tot een wereldmacht?

Waar gaat dit hoofdstuk over?

16e en 17e eeuw: Amsterdam knooppunt van internationale handelsroute.

- Oostzeegebied

- Rest van de wereld

Nieuwe mensen kwamen af op de stapelmarkt in Amsterdam:

- protestante en joodse kooplieden uit Antwerpen.

Brachten hun kennis van de handel mee

(opgedaan van SP en POR)

NL ontdekkingsreizigers probeerden een eigen zeeroute naar Azië en Amerika te vinden.

VOC handelen met Azië

WIC Handelen met West-Afrika en Amerika en nam deel aan de slavenhandel.

Protestant, tolerant en rijk

Calvinistische kerk: bevoorrecht in Republiek:

- protestanten mochten kerken bouwen en bestuurder worden.

Iets anders geloven: mocht, maar stiekem.

Joden (uit Antwerpen) mochten eigen synagoge bouwen.

Vergeleken met buurlanden was de Rep tolerant. Geen vervolging.

Tolerantie bevorderde de wetenschap.

- God had aarde geschapen, maar je mocht met je verstand onderzoek doen.

Galilei: Niet aarde , maar zon middelpunt van heelal.

NL astronomen: sterren zijn allemaal zonnen.

EC floreerde: men kon (goedkope) schilderijen kopen. Gewone burgers: opdrachtgevers. 

In Italië: kerk opdrachtgever.

Waarom is de geschiedenis van ons land in de Gouden Eeuw belangrijk?

Rep der 7 verenigde NL: 17e eeuw: heel modern en belangrijk in internationale ec, kunsten en wetenschap.

Hoe lukte dat zo'n klein landje en kan je het een Gouden Eeuw noemen als een deel van de rijkdom op kolonialisme en slavenhandel is gebaseerd?

Huiswerk

Maken opdrachten 1 tot en met 10 paragraaf 3.1