2hv Grammatica Woordsoorten - H3

2 havo: zww, hww en kww
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

2 havo: zww, hww en kww

Slide 1 - Diapositive

Lesdoelen
havo en vwo (herhaling)

Je kan zelfstandige werkwoorden, koppel- en hulpwerkwoorden herkennen.

Slide 2 - Diapositive

zelfstandige werkwoorden, koppel- en hulpwerkwoorden
Hoofdstuk 3
havo

Slide 3 - Diapositive

Zelfstandig werkwoord
Het wg geeft aan wat iets of iemand doet of wat er gebeurt met het ow.
Als er in een zin met een wg maar één werkwoord staat, dan is dat een zelfstandig werkwoord.

VB: Zijn oma kampeert nog elke zomer. 


Slide 4 - Diapositive

Hulpwerkwoord
Als een enkelvoudige zin met een wg meer werkwoorden heeft, staat het zww meestal achter in de zin.
De andere werkwoorden (ook de pv), zijn dan hulpwerkwoord.

VB: Stan en Jim zouden graag kunnen breakdancen. 


Slide 5 - Diapositive

Koppelwerkwoord
 Het ng geeft aan wat het onderwerp is of wordt.

Een ng heeft in een enkelvoudige zin altijd één koppelwerkwoord. Als een ng dus maar één werkwoord heeft, dan is dat het koppelwerkwoord.

VB: Jay is bang. 


Slide 6 - Diapositive

Koppelwerkwoord / Hulpwerkwoord
Als een enkelvoudige zin met een ng meer werkwoorden heeft, staat het koppelwerkwoord meestal achter in de zin.
De andere werkwoorden, ook de pv zijn dan hulpwerkwoord.

VB: Het eten is inmiddels koud geworden


Slide 7 - Diapositive

Je krijgt twee zinnen te zien. Bepaal eerst of het een ng of wg is en bedenk dan wat voor soort werkwoord het is. 

Slide 8 - Diapositive

Zij zou naar school komen.
werkwoordelijk of naamwoordelijk gezegde?
A
werkwoordelijk
B
naamwoordelijk

Slide 9 - Quiz

Zij zou naar school komen.
komen =
A
zww
B
hww
C
kww

Slide 10 - Quiz

Zij zou naar school komen.
zou =
A
zww
B
hww
C
kww

Slide 11 - Quiz

Willem is jarig geweest.
is = ?
A
hww
B
zww
C
kww

Slide 12 - Quiz

Willem is jarig geweest.
geweest = ?
A
hww
B
zww
C
kww

Slide 13 - Quiz

Op Instagram staat een rare foto.
staat =
A
HWW
B
ZWW
C
KWW

Slide 14 - Quiz

Parijs is een prachtige stad.

is=
A
HWW
B
ZWW
C
KWW

Slide 15 - Quiz

Mijn oma heeft de lekkerste appeltaart gebakken.
gebakken=
A
HWW
B
ZWW
C
KWW

Slide 16 - Quiz

Mijn hond is de hele dag lief geweest.

geweest =
A
HWW
B
ZWW
C
KWW

Slide 17 - Quiz

Opdrachten
Voor iedereen:

Maak opdracht 1 t/m 5 (p. 94-95)

Slide 18 - Diapositive