Basisstof 10.1 t/m 10.3

Basisstof 10.1 t/m 10.3
1 / 30
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 30 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 80 min

Éléments de cette leçon

Basisstof 10.1 t/m 10.3

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat gaan we doen?
Uitleg 1.1
Huiswerk 1.1 maken
Quiz

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

10.1 Het zenuwstelsel

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen
Je kunt de delen en de functies van het zenuwstelsel noemen.


Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Zenuwstelsel
  • centrale zenuwstelsel = hersenen + ruggenmerg
  • perifere zenuwstelsel = zenuwen door je lichaam 


De zenuwen verbinden het centrale zenuwstelsel met alle lichaamsdelen, zoals je ogen en je spieren.

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe werkt het zenuwstelsel?
Zintuigcellen ontvangen prikkels en zetten dat om in impulsen.
Het zenuwstelsel verwerkt impulsen die afkomstig zijn van zintuigen. Daarnaast regelt het de werking van spieren en klieren.

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

10.2 Zenuwcellen en zenuwen

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen
Je kunt in een afbeelding van een zenuwcel de delen benoemen.

Je kunt drie typen zenuwcellen noemen met hun functies en kenmerken.

Je kunt omschrijven wat een zenuw is en je kunt drie typen zenuwen noemen met hun kenmerken.


Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Het zenuwstelsel
Impulsen verplaatsen zich door het zenuwstelsel via zenuwcellen
Het zenuwstelsel bestaat uit miljoenen zenuwcellen. 
Elke zenuwcel heeft een cellichaam met daarin de celkern en een of meer uitlopers


Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

3 typen zenuwcellen
  • Gevoelszenuwcellen
  • Bewegingszenuwcellen
  • Schakelcellen

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Aant 5.1 Zenuwcellen
Gevoelszenuwcel
  • Geleid impulsen van zintuig naar CZS

Gevoelszenuwcel

  • Geleid impulsen van zintuig naar CZS
  • Cellichaam buiten CZS
  • Bevat één lange uitloper en één korte uitloper

Type zenuwcellen

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Aant 5.1 Zenuwcellen
Gevoelszenuwcel
  • Geleid impulsen van zintuig naar CZS

Bewegingszenuwcel

  • Geleid impulsen van CZS naar spier of klier
  • Cellichaam binnen CZS
  • Bevat één lange uitloper en meerdere korte uitlopers

Type zenuwcellen

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Aant 5.1 Zenuwcellen
Gevoelszenuwcel
  • Geleid impulsen van zintuig naar CZS

Schakelcel

  • Geleid impulsen binnen CZS
  • Cellichaam en uitlopers binnen CZS
  • Bevat alleen korte uitlopers

Type zenuwcellen

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 14 - Diapositive

Deel de hand-outs uit.
Leg uit hoe een Venndiagram werkt. Ieder viertal gaat binnen de twee verhalen op zoek naar de verschillen én de overeenkomsten tussen beiden!

Schrijf alle verschillende kenmerken van de verhalen in de buitenste helft van de cirkels rechts en links. Noteer de overeenkomsten in het middelste gedeelte, waar de cirkels elkaar overlappen.
Je kunt er hier voor kiezen om 1 leerling per groepje te laten notuleren.

Digitaal: de leerlingen moeten het werkblad downloaden en vervolgens openen zodat hij digitaal invulbaar is.

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Een zenuw bestaat uit duizenden uitlopers van zenuwcellen!
Om een zenuw ligt een stevige laag bindweefsel, voor bescherming van de zenuw.
Om een elke uitloper ligt een dun isolerend laagje, zodat de impulsen niet van de ene uitloper naar de andere uitloper kan "springen".

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Er zijn drie typen zenuwen

Gevoelszenuwen: uitlopers van gevoelszenuwcellen

Bewegingszenuwen: uitlopers van bewegingszenuwcellen

Gemengde zenuwen: uitlopers van gevoelszenuwcellen en bewegingszenuwcellen

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

10.3 Het ruggenmerg

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen
Je kunt de delen van het ruggenmerg noemen met hun functies en kenmerken.


Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wervelkanaal
Ruggenmerg start bij de hersenstam eindigt bij de lendenwervels.  (onder aan de rug)

Ruggenmerg ligt beschermd in het wervelkanaal

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Grijze en witte stof
Grijze stof: midden
  • Cellichamen van schakelcellen en bewegingszenuwcellen

Witte stof: zijkant
  • Uitlopers (isolerend laagje zorgt voor witte kleur)

Cellichamen van gevoelszenuwen liggen in de zenuwknopen

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Zenuwen in ruggenmerg
Gemengde zenuw splits zich bij het ruggenmerg. 
Gevoelszenuw gaan naar de rugzijde de cellichamen liggen in de zenuwknopen
Bewegingszenuwen gaan naar de buikzijde.
bewegingszenuw
gevoelszenuw
gemengde zenuw
grijze stof
witte stof
Buikzijde
zenuwknoop

Rugzijde

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan het werk
Maak van het stencil opdracht 1 t/m 14

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is GEEN functie van het zenuwstelsel
A
Het verwerken van impulsen
B
De werking en regeling van spieren
C
Het maken van prikkels
D
Impulsen versturen

Slide 24 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de overeenkomst tussen het zenuwstelsel en het hormoonstelsel?
A
Het zijn allebei systemen die iets regelen in het lichaam.
B
Ze kunnen allebei prikkels opwekken.
C
Ze zijn allebei net zo snel in het regelen van processen.
D
Ze werken allebei met elektronische impulsen.

Slide 25 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

In een gemengde zenuw zitten uitlopers van meerdere typen zenuwcellen. Welk type zenuwcel kan dat NIET zijn?
A
Schakelzenuwcel
B
Bewegingszenuwcel
C
Gevoelszenuwcel

Slide 26 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke zenuwcel is nu welke?
Bewegins-
zenuwcel
Schakelcel
Gevoels-
zenuwcel

Slide 27 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Gevoelszenuw
Schakelcel
Bewegingszenuw
Gemengde zenuw

Slide 28 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk type zenuw geeft signalen door van de ene zenuw naar de andere?
A
Schakelzenuw
B
Gevoelszenuw
C
Bewegingszenuw
D
Centrale zenuw

Slide 29 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Schakelzenuwcellen hebben alleen                      uitlopers, die zijn verbonden met                        .

Schakelzenuwcellen geleiden impulsen van                        naar                       .
korte
lange
andere zenuwcellen
een andere zenuwcel
de ene zenuwcel
de hersenen of het ruggenmerg
het centrale zenuwstelsel

Slide 30 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions