Par 2 - Wat is arm en rijk? (TH)

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• vmbo t, havo
• Leerjaar 2

Wat is arm en rijk?

Leerdoelen

• Je weet hoe je de welvaart van een land kunt meten.
• Hoe je landen kunt verdelen als je kijkt naar de welvaart.
• Je begrijpt wat de indeling van de beroepsbevolking met de welvaart van een land te maken heeft.
• Je begrijpt wat het verschil is tussen bnp/hoofd en inkomen.
• Je kunt met de atlas verschillende kaarten met elkaar vergelijken.
• Je kunt het bnp per hoofd van de bevolking uitrekenen.

Wat zie je?

Welvaart meten

Om arm en rijk te vergelijken

> Rijkdom op basis wat er verdient wordt per jaar.

Welvaart wordt bepaald door wat mensen in een land verdienen

Welvaart kun je berekenen

• bnp per persoon
  

> Bruto National Product per inwoner of bnp/hoofd

> Alle inkomsten in een land / alle inwoners van het land

/

GB 55 - De wereld 259A Bruto nationaal product (bnp)

Opdracht 1:
Wat betekend bnp?

Opdracht 2:
Wat bereken je met het bnp?

Drie groepen landen

• koplopers/ centrumlanden
  
• volgers/ontwikkelingslanden
  
• achterblijvers
  

BRIC-landen

Brazilië

Rusland

India 

China

> Welvaart stijgt snel, veel rijke mensen, maar ook nog veel arme.

GB55 India 157F Mumbai: slums

GB55 India 156E Bruto regionaal product

GB55 Rusland 139D Werkloosheid

GB55 Rusland 138E Bruto regionaal product

GB 55 Rusland 139C Inkomens

Opdracht 3

Je gaat nu ook een kort filmpje maken in Clips (via je iPad).

1. Daarin ga je informatie over China verwerken.
   
2. Gebruik de digitale atlas (via Magister -> leermiddelen)
   
3. Zoek kaarten over China. Maak een foto van de kaart en verwerk in je opdracht.
   
4. Leg uit wat het een met het ander te maken heeft. Zoals ik over Rusland en India heb gedaan. Denk aan het onderwerp welvaart.
   

Welzijn meten

Niet goed om altijd naar inkomen te kijken om rijkdom te meten.

Welzijn zijn de levensomstandigheden van mensen in een land.

Welzijn 

• Levensverwachting

• Alfabetiseringsgraad

• Koopkracht
  

GB55 285F Ontwikkeling samenstelling beroepsbevolking 1960-2012

GB55 262A Analfabetisme

GB55

89F Koopkracht ten opzichte van Nederland 

Armoedegrens

GB 55 De wereld 262F Extreme armoede

Armoedegrens

Mensen die minder dan $1,90 per dag verdienen.

Om in basisvoorzieningen te voorzien.

GB55 De wereld 258C Inkomens en buitenlandse schulden

Opdracht 4:
In de laatste kaart (258C) zie je dat er in sommige landen veel armoede is en andere minder. Bedenk 2 oplossingen die kunnen helpen bij de vermindering van de armoede.
Leg ook uit waarom dit kan helpen.

Doen

• Maak de vragen in het filmpje en stuur ze naar je docent.

• Maak de volgende opdrachten uit je werkboek: 1 - 2 - 4 - 6

• Werken aan weektaak