Luisteren en kijken H1 1.1

1   LUISTEREN & KIJKEN
         1   LUISTEREN & KIJKEN

- 1.1  Gericht luisteren en kijken

- 1.2 Functie van beeld
- 1.3 Aantekeningen maken

1 / 28
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolMBOLeerjaar 1Studiejaar 1

Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

1   LUISTEREN & KIJKEN
         1   LUISTEREN & KIJKEN

- 1.1  Gericht luisteren en kijken

- 1.2 Functie van beeld
- 1.3 Aantekeningen maken

Slide 1 - Diapositive

1.1 Gericht luisteren en kijken
Geen aandacht bij radio of tv? Dan vergeet je vaak wat er is gezegd.

Als je echt bepaalde informatie wilt, dan zal je gerichter moeten kijken en luisteren.


Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Vidéo

Signaalwoorden

Slide 4 - Diapositive




Hij heeft een slecht rapport

Oorzaak



Hij blijft zitten

Gevolg

Slide 5 - Diapositive

Hij heeft een slecht rapport daarom blijft hij zitten.

Verband: oorzaak-gevolg

Slide 6 - Diapositive



Vandaag is het mooi weer.

Welk signaalwoord kun je toevoegen?


Gisteren regende het.

Slide 7 - Diapositive

Vandaag is het mooi weer, maar gisteren regende het.

Verband: tegenstelling

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Kies het juiste antwoord
In welke situatie luister je gericht?
A
Je luistert naar een live-verslag van het festival Lowlands.
B
Je luistert tijdens de afwas naar een nieuwsprogramma met korte onderwerpen.
C
Je voicemail is ingesproken door een winkel. Het gaat over een bestelling.

Slide 10 - Quiz

Op het vliegveld hoor je dat jouw vliegtuig vanaf een andere gate vertrekt. Op welke informatie ga je in die situatie extra goed letten?

A
op de reden van de gate-wijziging
B
op de vertrektijd van het vliegtuig
C
op het nummer van de andere gate

Slide 11 - Quiz

Hoe start de presentator het onderwerp?
A
Hij vertelt wie Marko is.
B
Marko stelt zichzelf voor.
C
Hij laat een filmpje zien.
D
De presentator laat een tekening zien.

Slide 12 - Quiz

Waarom heeft Marko makkelijk contact met kinderen?

A
Door zichzelf te zijn en doordat hij makkelijk met hen praat.
B
Door heel druk te zijn en op kinderlijke toon met hen te praten.
C
Door zichzelf te zijn en doordat hij achter de kinderen staat en via de spiegel met hen praat.
D
Door niets tegen ze te zeggen als door hem geknipt worden.

Slide 13 - Quiz

Marko zegt: daarbovenop vind ik niks raar of gek.
Welk tekstverband geeft 'daarbovenop' aan?
A
Opsomming
B
tegenstelling
C
doel-middel
D
argument

Slide 14 - Quiz

Waarom voelen de kinderen zich op hun gemak?
A
De kleuren in de salon zijn aangepast
B
Er zijn geen camera's.
C
Marko gebruikt speciaal gereedschap.
D
De camera is weggewerkt achter de spiegel.

Slide 15 - Quiz

Leg uit wat wordt bedoeld met 'setting'

Slide 16 - Question ouverte

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

5

Slide 20 - Vidéo

01:00
Wat zijn de gevolgen als je vermoeid achter het stuur zit?
A
slecht koers houden
B
voorganger die plotseling remt.
C
je reageert minder alert op informatie uit je omgeving.
D
Je schrikt als een voetganger oversteekt.

Slide 21 - Quiz

01:13
Wat wordt bedoeld met torso?

Slide 22 - Question ouverte

02:21
De instructeur zegt 'als het fout gaat dan grijp ik in maar ik probeer zo min mogelijk te zeggen.

Welk signaalwoord gebruikt hij om een tegenstelling aan te geven?
A
als
B
zo min mogelijk
C
zegt
D
maar

Slide 23 - Quiz

03:37
De instructeur zegt na een ingreep: 'Dan had de cameraman leuker materiaal gehad'.
Wat bedoelt hij daarmee?
A
Dat de cameraman meer zijn best had moeten doen.
B
Als de bestuurder tegen een lantaarnpaal was gereden, dan had de cameraman grappige beelden gemaakt.

Slide 24 - Quiz

04:16
Hoe is de toon van de interviewer tijdens het geven van deze tips?

A
enthousiast
B
neutraal
C
streng

Slide 25 - Quiz

Slide 26 - Vidéo

Ik heb de gorilla gezien....
Ja
Nee
Waar gaat dit over???

Slide 27 - Sondage

Slide 28 - Vidéo