Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.
La durée de la leçon est: 50 min
Éléments de cette leçon
Hoofdstuk 2: Grip op je knip?
Paragraaf 2.3 Kun je leren budgetteren?
Slide 1 - Diapositive
Les doelen
- Je leert wat budgetteren is
- Waarom het slim is om geld te reserveren
- Hoe je de kilometerprijs van bijvoorbeeld een scooter kunt berekenen
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Vidéo
Slide 4 - Vidéo
Vraag 6: Bereken het totaal van de inkomsten en uitgaven van de begroting in de afbeelding
Slide 5 - Question ouverte
Vraag 7: Bereken het verschil tussen de inkomsten € 141 en uitgaven € 145. Is hier sprake van een tekort of overschot
Slide 6 - Question ouverte
Vraag 10: Bekijk de afbeelding reken uit hoeveel procent Niels van zijn totale uitgaven besteed aan kleding.
Slide 7 - Question ouverte
Slide 8 - Vidéo
Slide 9 - Diapositive
Vraag 15: Je wilt op je 16e een racefiets kopen. De kost €1.100. Je hebt al €100. Het duurt nog 1,5 jaar voordat je 16 wordt. Hoeveel moet je per maand reserveren voor deze fiets
Slide 10 - Question ouverte
Minder geld uitgeven
A
Lenen
B
Aflossen
C
Budgetteren
D
Bezuinigen
Slide 11 - Quiz
Geld opzijleggen voor bepaalde uitgaven.
timer
0:30
A
budgetteren
B
restwaarde
C
reserveren
Slide 12 - Quiz
Uitgaven afstemmen op inkomsten
A
reserveren
B
investeren
C
budgetteren
D
bezuinigen
Slide 13 - Quiz
De afkorting Nibud betekent: Nationaal Instituut voor budgetvoorlichting.