Van A tot Zin 3.13-3.14 BiW/Biv

• NT2
• Middelbare school
• vmbo lwoo
• Leerjaar 1

3.13 en 3.14

Weet je nog?

1. Wat zijn werkwoorden?

2. Wat is de tegenwoordige tijd?

3. vervoeg het werkwoord  hebben.

4. vervoeg het werkwoord zijn.

ik......... jij.......u..........hij.....zij........            wij......jullie......zij

5. wij leven- ik.................

6. wij reizen- ik...............

Wat ga je vandaag leren?

              Voltooide tijd :  iets wat vroeger gebeurd is

Ik kan werkwoorden in de voltooide tijd  juist schrijven.

Voltooide tijd

Bij de voltooide tijd gebruik je het werkwoord hebben of zijn en een voltooid deelwoord.

 Mijn moeder heeft een schilderij gemaakt.

Alex en Jane zijn vorige week getrouwd.

Hoe maak je het voltooid deelwoord?

1. Maak de ik-vorm.   wij maken -  ik maak

2.kijk naar de laatste letter : maak

3. Is de laatste letter  een s, f,t,k,ch, p  - softketchup- ?

     JA> voltooid deelwoord krijgt  een -t

     NEE> voltooid deelwoord krijgt een -d

4. Schrijf ge- voor de ik-vorm en een -t of -d aan het einde.

ge- maak-t           gemaakt

Even oefenen

                                                                     voltooid deelwoord

1.  fietsen             ik......................        .................................................

2. spelen             ik......................         ................................................

3. leven                ik......................         ...............................................

4.reizen               ik.....................          ................................................

5. luisteren        ik.....................          ................................................

Boek blz. 104      Samen oefenen

Lees de rode tekst

1. Schrijf de goede vorm

3. Praat samen

Werkwoorden voltooide tijd

Sommige werkwoorden beginnen met be-, her-, ver-, ont-, ge_

bestellen        ik bestel 

herhalen         ik herhaal

gebruiken      ik gebruik

Deze werkwoorden krijgen geen ge- in het voltooid deelwoord :   ik heb een pizza besteld.

Werkwoorden voltooide tijd

Scheidbare werkwoord ( werkwoord + ander woordje)

samenwerken       ik  werk samen

uitleggen                 ik leg uit

terugbellen             ik  bel terug

Deze werkwoorden  beginnen met het andere woordje en dan volgt het voltooid deelwoord : samengewerkt.  teruggebeld.   uitgelegd

Blz. 106 samen oefenen

Lees de rode teksten

2. Schrijf het voltooid deelwoord

4. Schrijf het werkwoord in de voltooide tijd

5. Praat samen

Wat heb je vandaag geleerd?

What did you learn today?

що ти навчився сьогодні

ماذا تعلمت اليوم

bugün ne öğrendin

Ի՞նչ սովորեցիք այսօր:

آج آپ نے کیا سیکھا؟

O que você aprendeu hoje?

ሎሚ እንታይ ተማሂርኩም?

Zelfstandig werken

Maak de computeropdrachten van 3.13 en 3.14

Heb je het lesdoel bereikt?

• Ik kan werkwoorden  in de voltooide tijd juist schrijven.
  

Hoe goed kan jij de tweetekenklanken uitspreken?