Zenuwstelsel Assisterenden gezondheidszorg Rijn IJssel

Zenuwstelsel
1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
Anatomie & fysiologieMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Zenuwstelsel

Slide 1 - Diapositive

Notities:
Let op deze kan de student ook zien...
  • Opname gestart?
  • Presentie gedaan of doen we die achteraf?
  • Te gebruiken als checklist of geheugensteuntje.
Aan het einde van de les weet en ken je het volgende:
  • Je weet de functies van het zenuwstelsel
  • Je weet het verschil tussen het willekeurige en het onwillekeurige zenuwstelsel
  • Je weet waaruit het centrale zenuwstels bestaat.
  • Je weet waaruit het perifere zenuwstelsel bestaat.
  • Je kunt schematisch de werking van een zenuwcel tekenen.
  • Je weet het verschil tussen een gevoels en een bewegingszenuw en kan aangeven waarom dit gemengd is in het ruggenmerg

Oriëntatie op de lesdoelen:

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

centraal zenuwstelsel

Slide 3 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 4 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

0

Slide 5 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 6 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Je zenuwstelsel bestaat uit het centrale zenuwstelsel en het

Slide 8 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Uit welke 4 onderdelen bestaat het centraal zenuwstelsel?

Slide 9 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk onderdeel van je czs regelt de hartslag?
A
grote hersenen
B
kleine hersenen
C
hersenstam
D
ruggenmerg

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk onderdeel van je czs hebben de grootte van een perzik?
A
grote hersenen
B
kleine hersenen
C
hersenstam
D
ruggenmerg

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk onderdeel van je CZS wordt goed beschermd door banden en spieren?
A
grote hersenen
B
kleine hersenen
C
hersenstam
D
ruggenmerg

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk onderdeel van je czs ligt aan de onderkant van je grote hersenen?
A
ruggenmerg
B
kleine hersenen
C
hersenstam

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Je hebt 3 soorten neuronen. Een daarvan zijn de schakelneuronen.
Wat zijn de andere 2? De eerste letters zijn S en M.

Slide 14 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

De verdeling willekeurig / onwillekeurig zegt iets over.....
A
functie
B
anatomie

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is juist?
A
willekeurig: bepaal je zelf onwillekeurig: bepaal je niet
B
willekeurig: bepaal je niet onwillekeurig: bepaal je zelf

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions