4.1 Stroomkring 2kt

SCIENCE

Je boeken en je etui.
Meld je daarna aan bij LessonUp.

1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

SCIENCE

Je boeken en je etui.
Meld je daarna aan bij LessonUp.

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan we doen vandaag?

  • Stroomkring uitleg (15 min)
  • Opdrachten 4.1 maken 
(15 min)

Slide 2 - Diapositive

Spanningsbronnen
Wat zijn spanningsbronnen?
Een spanningsbron zorg er voor dat de stroom gaat lopen. 
Het is de motor van de stroomkring.
  • Batterij
  • Accu
  • Stopcontact (230 V)
  • Zonnecellen of zonnepanelen
Elke spanningsbron heeft zijn eigen spanning
Spanning meet je in Volt (V)

Slide 3 - Diapositive

Kan een lampje van 6 V aangesloten worden op een batterij van 9 V?
A
Ja kan altijd
B
Nee kan nooit
C
Ja kan met een serie geschakelde weerstand
D
Ja kan met een parallel geschakelde weerstand

Slide 4 - Quiz

Wat is de spanning?
A
2,1 V
B
10,5 V
C
21 V

Slide 5 - Quiz

Wat is de spanning?
A
2,3 V
B
11,5 V
C
23 V

Slide 6 - Quiz

Wat is de spanning?
A
2,4 V
B
12 V
C
24 V

Slide 7 - Quiz

Stroomkring
In een stroomkring loopt de stroom van plus naar min.

De stroomsterkte geeft aan hoeveel stroom er door de draad loopt. Dit meet je in ampère (A)

Slide 8 - Diapositive

Deze stroomkring is ..........
A
gesloten
B
verbonden
C
open
D
ongeschakeld

Slide 9 - Quiz

Isolatoren en geleiders

Slide 10 - Diapositive

Wat is een geleider?
A
Een soort metaal
B
Stoffen waar een elektrische stroom doorheen kan lopen
C
Stoffen waar geen elektrische stroom doorheen kan lopen
D
Een apparaat dat stroom doorgeeft

Slide 11 - Quiz

Schakelschema

Slide 12 - Diapositive

Schakelschema
  • Met een schakelschema kun je een stroomkring tekenen.
  • Hiervoor gebruik je symbolen. Een aantal voorbeelden zie je hieronder:

Slide 13 - Diapositive

In een schakelschema is dit het symbool voor een....
A
schakelaar
B
lamp
C
amperemeter
D
batterij

Slide 14 - Quiz

In een schakelschema is dit het symbool voor een
A
schakelaar
B
lamp
C
ampèremeter
D
batterij

Slide 15 - Quiz

Spanningsmeter en stroommeter
De stroommeter (ampère meter) geeft 0,025 A aan.
De spanningsmeter (volt meter) geeft 2,0 V aan.

Slide 16 - Diapositive

Spanningsmeter en stroommeter
  • Een spanningsmeter meet de spanning tussen twee punten, stroom gaat niet door de meter.
  • Een stroommeter meet de stroomsterkte door een draad, stroom gaat wel door de meter.

Slide 17 - Diapositive

De stroommeter wordt ook
A
Ampère meter genoemd
B
Volt meter genoemd

Slide 18 - Quiz