AFP circulatie

wat gaan we bespreken
Herhaling circulatie / bloedsomlopen
De verschillen in bloedvaten 
Samenstelling van ons bloed
Wat vervoert ons bloed
Het lymfestelsel
QUIZ time !
1 / 38
suivant
Slide 1: Diapositive
VerzorgendeMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 38 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

wat gaan we bespreken
Herhaling circulatie / bloedsomlopen
De verschillen in bloedvaten 
Samenstelling van ons bloed
Wat vervoert ons bloed
Het lymfestelsel
QUIZ time !

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Kleine bloedsomloop
Hart - Longen - Hart

Taak: 
Zuurstof opnemen in het bloed
Koolstofdioxide afgeven aan de lucht in de longen

Slide 3 - Diapositive

Grote bloedsomloop
Hart - organen - Hart

Taak:
Organen van zuurstof voorzien
Afvalstoffen bij organen weg vervoeren

Slide 4 - Diapositive

Kleppen
hartkleppen:  tussen kamers en boezems AV kleppen!!!
mitralis (links), 
tricuspidalis (rechts)

RK  en longslagader:  Pulmonaliskleppen
halve maanvormige kleppen 

LK en aorta : Aortaklep



Slide 5 - Diapositive

hartkleppen

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Hartinfarct of hartaanval
Een kransslagader raakt verstopt, een deel van het hart krijgt geen zuurstof meer. Dit deel kan dan doodgaan. 

Slide 8 - Diapositive

Systole en Diastole
Wat is systole (bovendruk): 
Samentrekken van de hartspier  
 
Wat is diastole (onderdruk): 
Ontspannen van de hartspier 
 
Normale hartslag is: 
70 slagen per minuut 

Slide 9 - Diapositive

Schrijf 2 verschillen tussen een slagader en een ader op.

Slide 10 - Question ouverte

Bloedvaten
wat zijn de verschillen?

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Slagaders en aders
Slagaders, ARTERIE=> Brengen bloed naar een orgaan toe
Aders, VENE=> Brengen bloed uit een orgaan terug naar het hart
Haarvaten, CAPILLAIR =>Hier worden stoffen uitgewisseld tussen het bloed en de 
weefsels.

Slide 15 - Diapositive

Samenstelling
  • Bloedcellen:
    - Rode bloedcellen
    - Witte bloedcellen
    - Bloedplaatjes
  • Bloedplasma (=serum)
    - Plasma-eiwitten
    - Water
    - Opgeloste stoffen

Slide 16 - Diapositive

rode bloedcellen
bevatten een rode kleurstof: hemoglobine
hemoglobine kan zuurstof binden en afgeven
te weinig hemoglobine -> bloedarmoede
* erytrocyten 

Slide 17 - Diapositive

 Witte bloedcellen


Witte bloedcel maakt de ziekteverwekker onschadelijk door deze in te sluiten.

Slide 18 - Diapositive

Bloedplaatjes
  • Zijn delen van uiteengevallen cellen
  • Spelen een rol bij bloedstolling
  • leven ca 8 - 10 dagen
  • Trombocyten

Slide 19 - Diapositive

wat vervoert ons bloed?
voedings en energiestoffen  
afvalstoffen 
giftige stoffen 
hormonen 
zuurstof 
eiwitten 
mineralen 

Slide 20 - Diapositive

Het lymfevatstelsel bestaat uit:
1.  Lymfevaten
2. Lymfeknopen / klieren
3. Milt , amandelen in de keel en de thymus
 
TAAK LYMFESTELSEL

  • vocht terugbrengen naar bloed. Is een onderdeel van het circulatiestelsel


Slide 21 - Diapositive

Wat doet je lymfestelsel
Lymfevaten lijken op aders. Slappe wand, kleppen, lage druk.

Lymfevaten komen samen in lymfeknopen. 
Hier zitten witte bloedcellen
De witte bloedcellen zuiveren de lymfe (doden ziekteverwekkers).

Slide 22 - Diapositive

lymfe
  • Weefselvloeistof dat niet teruggaat in de haarvaten wordt afgevoerd door het lymfestelsel ->lymfe.
  • In de lymfeknopen wordt de lymfe gezuiverd van ziektekiemen.( stofzuigers)
  • daarnaast maken de lymfeknopen witte bloedcellen.
  • De lymfevaten komen samen in enkele grote aders, vlakbij het hart. ( boveste holle ader )

Slide 23 - Diapositive

Lymfestelsel
Thymus: leert de lymfocyten welke stoffen tot het eigen lichaam behoren en welke stoffen lichaamsvreemd zijn. (orgaan in de hals) 
Bij infecties worden in de lymfeknopen veel nieuwe lymfocyten aangemaakt, om de indringers onschadelijk te maken → klieren zetten op → lymfeklierzwelling. 
 
De lymfocyten werken niet alleen tegen micro-organismen, maar ook tegen ‘verkeerde’ cellen, vooral tegen kankercellen. 
Het lymfevocht passeert voor het weer terecht komt in de bloedbaan eerst een aantal lymfeknopen of lymfeklieren. De belangrijkste lymfeknopen vinden we in de liezen, de oksels, de hals en de darmwand.

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Vidéo

VRAGEN?

Slide 26 - Diapositive

Volgende week



Uitscheiding

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Diapositive


Welke drie soorten bloedvaten zijn er?
A
Aorta, slagaders en aders
B
Aorta, aders en haarvaten
C
Aorta, slagaders en haarvaten
D
Slagaders, aders en haarvaten

Slide 29 - Quiz


Hoe loopt de kleine bloedsomloop
(heel kort)?
A
hart, longen, hart
B
hart, lichaam, hart
C
lichaam, hart
D
longen, hart

Slide 30 - Quiz

Wat is de volgorde van de
grote bloedsomloop?
A
Rechter kamer, aorta, organen en weefsels, onderste en bovenste holle ader, linker boezem
B
Rechter kamer, onderste en bovenste holle ader, organen en weefsels, aorta, linker boezem
C
Linker kamer, aorta, organen en weefsels, onderste en bovenste holle ader, rechter boezem
D
Linker kamer, onderste en bovenste holle ader, organen en weefsels, aorta, rechter boezem

Slide 31 - Quiz

In welke slagader is de bloeddruk het hoogst?
A
Aorta
B
armslagader
C
hoofdslagader
D
longslagader

Slide 32 - Quiz

Wat is de functie van de kransslagaders?
A
Zuurstof naar het hart brengen
B
Zuurstof bij het hart ophalen
C
Koolstofdioxide naar het hart brengen
D
Koolstofdioxide bij het hart ophalen

Slide 33 - Quiz

Wat geeft nummer 2 aan?
A
Ader
B
Slagader
C
Haarvat
D
Aorta

Slide 34 - Quiz

Welk groot bloedvat ontspringt uit de rechterkamer van het hart?

A
bovenste holle ader
B
longslagader
C
aorta
D
longader

Slide 35 - Quiz

hoeveel hartkleppen heeft het hart?
A
2
B
3
C
4
D
6

Slide 36 - Quiz

Dankzij hartkleppen stroomt bloed niet terug in de:
A
Boezems
B
Kamers

Slide 37 - Quiz

Waarmee wordt de rechter en linker helft van het hart gescheiden?
A
hartkleppen
B
kleppen
C
harttussenwand

Slide 38 - Quiz