Les 12: 04-12-2023

WELKOM

Les 12
04-12-2023 
Katarina Hrnjez


1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
NT2HBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

WELKOM

Les 12
04-12-2023 
Katarina Hrnjez


Slide 1 - Diapositive

Huiswerk nakijken

Slide 2 - Diapositive

Doelen
Je spreekt en schrijft over verschillende gewoontes.
Je spreekt en schrijft over een melding bij de politie.
Je leest, spreekt en schrijft over een noodsituatie.
Je leest, spreekt en schrijft over het koningshuis.


Slide 3 - Diapositive

Grammatica herhalen
Wat is een wederkerend werkwoord en hoe gebruik ik het?

zich schamen
zich wassen
zich verbazen
zich verbergen

Slide 4 - Diapositive

zich schamen

Slide 5 - Question ouverte

zich wassen

Slide 6 - Question ouverte

zich verbazen

Slide 7 - Question ouverte

zich verbergen

Slide 8 - Question ouverte

Grammatica: chronologische volgorde
Eerst sta ik op.
Daarna poets ik mijn tanden.
Vervolgens ga ik ontbijten.
Om twaalf uur lunch ik.
's Middags wandel ik met mijn baby.
Tenslotte was ik mijn baby en ga ik naar bed.

Slide 9 - Diapositive

eerst - daarna - vervolgens - om twaalf uur - 's middags - tenslotte

Slide 10 - Question ouverte

Thema 8
Hebben jullie ervaring met het uitnodigen van Nederlanders, bijvoorbeeld voor het eten?
Merkten jullie ook dat zaken die jullie normaal vinden, door jullie gasten verkeerd werden begrepen? En deden jullie Nederlandse gasten dingen die jullie niet gewend waren?

Denk bijvoorbeeld aan het tijdstip van de uitnodiging. 
Houd je je daaraan? Breng je iets mee, zoals een dessert, of juist niet? Bied je aan om te helpen met de afwas? Wacht je met eten tot iedereen iets heeft? Schep je zelf eten op, of doet de gastvrouw/-heer dat?


Slide 11 - Diapositive

Thema 8
hartstikke                                                   gastvrij
uitnodigt                                                     kwalijk
overleggen                                                trouwdag
logeren                                                        aanbod
voorstellen                                                afgewezen
neerleggen                                                terugbellen
beledigd                                                     uitleggen
beleefd                                                       gewoonte


Slide 12 - Diapositive

Thema 8
  1. Wat betekent logeren? Bij wie logeer je? Bij welke gelegenheid? Vanaf welke leeftijd? Denk bijvoorbeeld ook aan de Nederlandse gewoonte om als kind bij opa en oma of vriendjes of vriendinnetjes te logeren.
  2. Wat is het verschil tussen boos en beledigd?
  3. Wat is gastvrij zijn? Vinden jullie gastvrijheid belangrijk of niet zo? En naar wie zijn jullie gastvrij? Naar iedereen, of bijvoorbeeld alleen naar goede vrienden en familie?
  4. aan de lijn hebben. Dit woord is een heel oud woord, van toen de telefoons nog met draad waren.
  5. Dat aanbod heb ik toch maar afgewezen.
  6. Ik voel me op mijn gemak. Wanneer en waar voelen jullie je op je gemak? En wanneer niet?

Slide 13 - Diapositive

Thema 8
  1. Zouden jullie het leuk vinden om zaterdag langs te komen? 
  2. Ik zou me ook helemaal niet op mijn gemak voelen.

Zou(den) is de (onvoltooid) verleden tijd van zullen.
In zin 1 gebruikt om iets heel vriendelijk te vragen.
In zin 2 om te fantaseren over iets wat niet werkelijk gaat gebeuren, namelijk een logeerpartij.

Slide 14 - Diapositive

Thema 8
Vertel ook dat zou(den) voor een advies gebruikt kan worden:
  1. Zou ik u iets mogen vragen? (iets vriendelijk, beleefd vragen)
  2. Wat zou je doen als je heel rijk was? (fantaseren over iets)
  3. Dat zou ik niet doen. (een advies geven)

Bedenk nu zelf drie zinnen met ''zouden''.


Slide 15 - Diapositive

Boek opdrachten

Slide 16 - Diapositive

Thema 8
Kennen jullie televisie programma's waarbij de politie de hulp van het publiek inroept om een misdrijf op te lossen. 
Hebben ze die weleens gezien op televisie?

Huidskleur. Wat vinden jullie ervan dat de huidskleur van de daders ook wordt genoemd? En waarom doet de politie dat, denken ze? 
Huidskleur, uiterlijk en/of etnische afkomst kan worden aangeduid, zoals donker, zwart, Aziatisch, Afrikaans, Afro-Amerikaans, Noord- of Zuid-Europees, Noord-Afrikaans.


Slide 17 - Diapositive

Thema 8
Camerabeelden. Waar hangen allemaal camera’s? Zijn jullie je hier bewust van? Wat vinden jullie hiervan? Vinden jullie dit juist fijn of willen jullie liever niet gefilmd worden?

Een melding doen. Welke dingen kun je allemaal melden bij de politie of bij andere hulpdiensten? En waarom zou je dat doen? Zouden jullie geneigd zijn een onveilige situatie of een misdrijf bij de politie te melden? 

Wat is het verschil tussen aangifte doen in Nederland en Polen of Turkije?




Slide 18 - Diapositive

Thema 8
Misdrijf
Getuige 

Kijk naar de woordenlijst. Zie je nog meer woorden die je misschien niet kent?


Slide 19 - Diapositive

Boek opdrachten

Slide 20 - Diapositive

Huiswerk
  • LINK thema 8 (online)
  • Grammatica: 2.14 en 2.28
  • LINK boek blz. 305 t/m 313

Slide 21 - Diapositive