taalcompleet A1, thema 4 herhaling

• NT2
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 1

Goedemorgen

Eten en drinken

Goedemorgen,
hoe gaat het ?

😒🙁😐🙂😃

Hoe heb je geslapen?

😒🙁😐🙂😃

Heb je zin in vandaag?

😒🙁😐🙂😃

Maak 10 goede zinnen.

1. wie

2. wat

3. wanneer

4. waar

5. hoeveel

Schrijf 1 zin met wie.

Schrijf 1 zin met wat.

Schrijf 1 zin met wanneer.

Schrijf 1 zin met waar.

Schrijf 1 zin met hoeveel.

Woorden met -ig

Woorden die eindigen met -ig, zeg je als -ug.

Denk aan de /u/ van bus.

twintig	nodig	jarig
gezellig	rustig	veilig

Wat hoor je?

Wat hoor je?

Wat hoor je?

Wat hoor je?

Wat is dit?

Wat is dit?

Wat is dit?

Wat is dit?

Wat is dit?

Wat is dit?

Wat is een goede zin met het woord?
nooit

1. Appels zijn nooit blauw.
2. Appels zijn nooit rood.
3. Appels zijn nooit groen.

Wat is een goede zin met het woord?
meestal

1. Een tomaat is meestal grijs.
2. Een tomaat is meestal geel.
3. Een tomaat is meestal rood.

Wat is een goede zin met het woord?
lekker

1. De pan is lekker.
2. Het ijs is lekker.
3. De tafel is lekker.

Wat is een goede zin met het woord?
altijd

1. Een week heeft altijd 12 dagen.
2. Een week heeft altijd 7 dagen.
3. Een week heeft altijd 30 dagen.

Wat is een goede zin met het woord?
vind

1. Ik vind de opdracht moeilijk.
2. Ik vind Nederlands.
3. Ik vind donderdag 7 januari.

Vraagwoorden

Wat is een goede vraag?

1. Wanneer doe jij?
2. Wanneer bent u?
3. Wanneer ga jij naar huis?
4. Wanneer boterhammen eten jullie?

Wat is een goede vraag?

1. Wie drinkt u?
2. Wie koop jij?
3. Wie doe jij?
4. Wie bent u?

Wat is een goede vraag?

1. Waar koop jij groente?
2. Waar koekjes maak jij?
3. Waar jij komt vandaan?
4. Waar kopjes thee drink jij?

Zet de zin in de goede volgorde:
staan / de borden/ waar / ?

Zet de zin in de goede volgorde:
ik / nodig/ hoeveel tomaten/ heb/ ?

Zet de zin in de goede volgorde:
's ochtends/ drink/ wat/ jij/ ?

Zet de zin in de goede volgorde:
de groenten/ wie/ snijdt/ ?

De lamp is ...

Wat is dit?

Maak een hele zin:
Wat eet je 's ochtends?

Wat is de goede vorm van gaan?
Jullie ... naar de slager.

1. gaan
2. gaa
3. gan
4. ga

Wat is de goede vorm van spreken?
Hij ... goed Nederlands.

1. speken
2. spreek
3. sprekt
4. spreekt

Wat is de goede vorm van staan?
Jij ... in de rij bij de kassa.

Wat is de goede vorm van komen?
Ik ... morgen bij je koffie drinken.