12.4 Evolutie van de mens

12.4 Evolutie van de mens
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

12.4 Evolutie van de mens

Slide 1 - Diapositive

Stammen wij af van apen?

Slide 2 - Diapositive

Deze les - 12.4 deel 1
Keuze 1: zelfstandig 12.4 doornemen en opdrachten maken (evt. LessonUp) 
(Volgende les bespreken we de leerdoelen samen.)
Opdrachten: Basis: 1, 3 t/m 12 en 14
                            Extra: 2

Keuze 2: extra ondersteuning met rekenopdrachten erfelijkheid (bij krappe voldoende van S.O.).

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Leerdoelen 12.4 deel 1
Aan het einde van deze les kun je:
  • beschrijven hoe de voorouders van de mens leefden.
  • beschrijven hoe de voorouders van de mens eruitzagen.

Slide 5 - Diapositive

Deze les 12.4 deel 2
  • Herhaling vorige les en 12.4 deel 1
  • Leerdoelencheck 12.4 (terugblik)
  • Opdrachten maken
  • Voorbereiden toets (maak thuis de oefentoets!)

Laatste les: bespreken oefentoets en vragen.

Slide 6 - Diapositive

Leerdoelen 12.4
Aan het einde van deze paragraaf kun je:
  • Beschrijven hoe de voorouders van de mens leefden.
  • Beschrijven hoe de voorouders van de mens eruitzagen.
  • Uitleggen waardoor ongunstige eigenschappen soms aanwezig blijven.
  • Uitleggen wat sikkelcelziekte is.
  • Uitleggen wat rudimentaire organen zijn.

Slide 7 - Diapositive

Vorige les

Slide 8 - Diapositive

Slechte eigenschappen
Evolutie is niet te voorspellen en slechte (of onnuttige) eigenschappen verdwijnen niet altijd.

Voorbeeld: sikkelcelziekte. Rode bloedcellen
veranderen hierbij, nadat ze zuurstof afgegeven
hebben. Ze klonteren sneller samen.

In landen waar Malaria heerst, is sikkelcelziekte gunstig.
De malariaparasieten kunnen zich niet ontwikkelen in 
de 'sikkelcellen', dus mensen met sikkelcelziekte hebben meer kans om deze besmetting te overleven. Ze hebben dan dus ook meer kans om de eigenschap door te geven.

Slide 9 - Diapositive

Heb jij deze pees?

Slide 10 - Diapositive

Rudimentaire organen 
= organen die hun functie (gedeeltelijk) verloren hebben.

Wormvormig aanhangsel aan blindedarm: waarschijnlijk overblijfsel van voorouderlijke planteneters. Zonder wormvormig aanhangsel kun je prima leven.

Slide 11 - Diapositive

Stamt de mens van de chimpansee af?
A
Ja, want ze hebben dezelfde voorouder.
B
Ja, de mens is uit de chimpansee geëvolueerd.
C
Nee, ze hebben wel dezelfde voorouder.
D
Nee, de mens en de chimpansee zijn niet verwant.

Slide 12 - Quiz

Wie is de gezamenlijke voorouder van de mens en de Orang oetang?
A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 13 - Quiz

Lees 12.4. Juist of Onjuist.
Australopithecus afarensis gebruikte al werktuigen.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 14 - Quiz

Lees 12.4. Juist of Onjuist.
Homo habilis hebben geen afstammelingen nagelaten.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 15 - Quiz

Lees 12.4. Juist of Onjuist.
De neanderthalers stamden af van Homo erectus.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 16 - Quiz

Lees 12.4. Juist of Onjuist.
De moderne mens stamt af van Homo erectus.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 17 - Quiz

Lees 12.4. Juist of Onjuist.
De Cro-Magnon mens is een voorbeeld van Homo erectus.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 18 - Quiz

Lees 12.4. Juist of Onjuist.
Homo sapiens betekent: de handige mens.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 19 - Quiz

Aan de slag
Opdrachten: Basis: 1, 3 t/m 12 en 14
                            Extra: 2

Al klaar?
Ga oefenen. 

Laatste les: oefenen (thuis evt. oefentoets al maken!)

Slide 20 - Diapositive