Nierfalen
1 / 18
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Wat is géén functie van de nieren?
A
Hormoonproductie
B
In balans houden van de vocht/zout-gehalte in het lichaam.
C
Regelen bloeddruk
D
Productie groeihormoon
Slide 4 - Quiz
Wat gebeurt er bij nierfalen?
Slide 5 - Question ouverte
Nierdialyse is nodig als...
A
De nierfunctie minder dan 80% is
B
De nierfunctie minder dan 50% is
C
De nierfunctie minder dan 30% is
D
De nierfunctie minder dan 10% is
Slide 6 - Quiz
Wat hoort bij hemodialyse?
A
Je hebt een katheter in je buik.
B
Machine aangesloten op bloedvat.
C
Een kunstnier in een machine filtert je bloed.
D
Je hebt meer bewegingsvrijheid.
Slide 7 - Quiz
Slide 8 - Diapositive
Bedenk een prerenale, renale en postrenale oorzaak van acuut nierfalen.
Slide 9 - Question ouverte
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Diapositive
Slide 12 - Diapositive
Slide 13 - Diapositive
Noem symptomen van nierfalen.
