Nieuw-Nederlands - Cursus 7 - Paragraaf 10 + 11

timer
timer
10:00
1 / 32
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, tLeerjaar 2,3

Cette leçon contient 32 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

timer
timer
10:00

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

START



- je weet dat een voltooid deelwoord een vorm van het werkwoord is die aangeeft dat iets klaar (voltooid) is.

- je weet dat een voltooid deelwoord kan eindigen op -en of op -d of -t.

taalverzorging
voltooid deelwoord

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Vidéo

Het voltooid deelwoord
Het voltooid deelwoord is een vorm van het werkwoord.

Voltooid betekent dat iets klaar of afgelopen is.

Bijvoorbeeld:
Frits heeft zijn fietsband geplakt

Slide 5 - Diapositive

Het voltooid deelwoord
Het voltooid deelwoord eindigt op -en of op -d of -t.

Bijvoorbeeld:
gebroken, geschreven
gehoord, gemaakt
Als je een woord langer maakt, 
hoor je of je een -d of een -t moet schrijven.

Slide 6 - Diapositive

Tijmen heeft een lekkere appel _____. (schillen)

Slide 7 - Question ouverte

De gemeente heeft hier veldbloemen _____. (zaaien)

Slide 8 - Question ouverte

Heeft hij jou voor de gek _____? (houden)

Slide 9 - Question ouverte

Fleur is over een stoeptegel _____? (struikelen)

Slide 10 - Question ouverte

De wedstrijd is te laat _____. (starten)

Slide 11 - Question ouverte

In de tent naast ons werd de hele nacht _____. (snurken)

Slide 12 - Question ouverte

Voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord

.. en Engelse werkwoorden

Slide 13 - Diapositive

Voltooid deelwoord
van 'sturen'

Slide 14 - Carte mentale

Bijvoeglijk naamwoord
van 'sturen'

Slide 15 - Carte mentale

Volt. dw. als bijv. nw.
De foto is vergroot --> de vergrote foto.
Ik verwacht hem elk moment --> de verwachte vriend.
De weg is verbreed --> de verbrede weg.


Slide 16 - Diapositive

Regel
Een voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord schrijf je
zo kort mogelijk!

Slide 17 - Diapositive

Voorbeeld
De vergrote foto      (niet vergrootte).
De verwachte vriend        (niet verwachtte).
De verbrede weg           (niet verbreedde).
Maar: Het kind is gered --> Het geredde kind. 

Slide 18 - Diapositive

Maar...
Er is een uitzondering (duh!)
Als het voltooid deelwoord eindigt op -en. Dan eindigt een bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord óók op -en.

Slide 19 - Diapositive

Voorbeeld 
Zijn fiets is daar gevonden. --> De gevonden fiets.
De ouders zijn vertrokken. --> De vertrokken ouders.

Slide 20 - Diapositive

Trucje
Vul het vdw eerst in in deze zin:
Hij is ... 
--> hij is gevonden --> Het gevonden kind. 
--> Hij is gepakt --> De gepakte jongen. 

Slide 21 - Diapositive

De kinderen waren verdwaald.
De ........ kinderen

Slide 22 - Question ouverte

Het uur is verzet. Het ...... uur.

Slide 23 - Question ouverte

De sleutel is gezocht. De ..... sleutel.

Slide 24 - Question ouverte

Het ijsje is gesmolten. Het .... ijsje.

Slide 25 - Question ouverte

De crisis werd verwacht. De ..... crisis.

Slide 26 - Question ouverte

Er is veel geld aan besteed. Het ..... geld.

Slide 27 - Question ouverte

Het gebouw is verwoest. Het .... gebouw.

Slide 28 - Question ouverte

Max Verstappen is gisteren tijdens de GP van Singapore ................... (crashen)

Slide 29 - Question ouverte

Dusan Tadic .......... (passen) de bal naar zijn medespeler

Slide 30 - Question ouverte

Tijdens het Knip-festival heeft Aaron .................... (breakdancen)

Slide 31 - Question ouverte

Aan de slag!
Huiswerk voor de volgende les
Bladzijde 240 t/m 243
Paragraaf 10: Opdracht 1 t/m 5
Paragraaf 11: Opdracht 1 t/m 4

Slide 32 - Diapositive