Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Woordenschat blok 8
1 / 23
suivant
Slide 1:
Diapositive
Woordenschat
Basisschool
Groep 8
Cette leçon contient
23 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
La durée de la leçon est:
45 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Taal: blok 8: Les 5 herhaling
-Kennen wij de themawoorden/gezegdes en uitdrukkingen en de betekenis hiervan.
-Kunnen wij een correcte zin maken met de themawoorden/gezegdes en uitdrukkingen van blok 8.
Aan het einde van de les:
Slide 2 - Diapositive
timer
0:30
Welke woorden heb je onthouden?
Slide 3 - Carte mentale
Quiz regels
30 sec overlegtijd bij elke vraag (fluistertoon)
Bij een goed antwoord +1
Bij een fout antwoord 0
Bij het verstoren van de les - 1
Winnaars 30 pt
Individuele vragen 2 pt
Slide 4 - Diapositive
Een ander woord voor: eenvoudig zonder luxe
Slide 5 - Question ouverte
Welke gezegde hoort bij de betekenis:
Dat klopt niet
A
Daar is geen woord Frans bij
B
Die vlieger gaat niet op
C
Er niet omheen kunnen
D
Met de Franse slag
Slide 6 - Quiz
Doorgaans
Vanwege
Alvorens
Vanwaar
Voordat
Door
Meestal
Waarom
Slide 7 - Question de remorquage
Welke twee themawoorden horen bij de betekenis:
door
Slide 8 - Diapositive
Welke woord hoort bij de betekenis:
Iemand dankbaar zijn.
A
Ergens je draai vinden
B
Iemand uit het dal halen
C
Iemand erkentelijk zijn
D
Iemand een hart onder de riem steken
Slide 9 - Quiz
welke
gezegde
past bij het plaatje?
Slide 10 - Diapositive
Welke gezegde past het best bij het plaatje?
Slide 11 - Question ouverte
Wat wordt er bedoeld met dit gezegde?
Slide 12 - Diapositive
De betekenis van voordien is vóór die tijd.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 13 - Quiz
Wat betekent het spreekwoord:
In een mum van tijd?
A
Te weinig tijd
B
In lange tijd
C
Te veel tijd
D
In korte tijd
Slide 14 - Quiz
Door welk ander woord kan het dikgedrukte woord worden veranderd?
''Bij die ingewikkelde informatie staan een paar voorbeelden ter
verduidelijking''
Slide 15 - Question ouverte
Wat betekent de uitdrukking: van oudsher?
A
Dat iemand heel oud is
B
Iets moeten doen
C
Altijd al
D
Denken dat iets waar is
Slide 16 - Quiz
Welke zin is goed en welke zin is fout?
Zij woont al lang in Amerika, maar van origine is zij spaans.
Deze mooie lege fles kan ter illustratie als vaas.
Goed
Fout
Slide 17 - Question de remorquage
De plaatjes geven een verschil aan in .........
Slide 18 - Diapositive
Welk woord hoort op de stippellijn?
Slide 19 - Question ouverte
Je maakt 3 zinnen met elk één themawoord/gezegde erin.
Mix & Match je loopt rond in de klas en zoekt een maatje, je leest allebei één zin op en geeft elkaar feedback. (2x)
timer
5:00
Duimpje omhoog of duimpje omlaag
Slide 20 - Diapositive
Heb jij een correcte zin ?
Slide 21 - Diapositive
Welke woorden/betekenissen heb jij
geleerd?
Slide 22 - Carte mentale
Hoe vond jij de woordenschat les?
😒
🙁
😐
🙂
😃
Slide 23 - Sondage
Plus de leçons comme celle-ci
Woordenschat blok 5
Mars 2022
- Leçon avec
19 diapositives
Woordenschat
Basisschool
Groep 7
Woordenschat blok 7
Avril 2022
- Leçon avec
20 diapositives
Woordenschat
Basisschool
Groep 7
Woordenschat blok 4
Avril 2022
- Leçon avec
20 diapositives
Woordenschat
Basisschool
Groep 7
Woordenschat blok 5
Mai 2022
- Leçon avec
19 diapositives
Woordenschat
Basisschool
Groep 6
Woordenschat blok 7
Mai 2022
- Leçon avec
20 diapositives
Woordenschat
Basisschool
Groep 6
Woordenschat blok 8
Mai 2022
- Leçon avec
20 diapositives
Woordenschat
Basisschool
Groep 6
Woordenschat blok 8
Avril 2022
- Leçon avec
20 diapositives
Woordenschat
Basisschool
Groep 7
Woordenschat blok 3
Juin 2021
- Leçon avec
23 diapositives
Woordenschat
Basisschool
Groep 8