Kwt leren leren: startles

Kwt leren leren: startles
Welkom!
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
Leren lerenMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2,3

Cette leçon contient 18 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 40 min

Éléments de cette leçon

Kwt leren leren: startles
Welkom!

Slide 1 - Diapositive

Vandaag
Met welke vraag kom je?

Studeren is topsport 

Wat ga je toepassen

Slide 2 - Diapositive

Met welke vraag heb je jezelf aangemeld?

Slide 3 - Diapositive

Opdracht

Onthoud zoveel mogelijk letterwoorden uit het onderstaande tekstvak. Je krijgt 30 seconden de tijd


timer
0:30
BBC - PHF - OMG 
PXJ - KZQ - VTG
VXW - ILZ - BDU

Slide 4 - Diapositive

Opdracht
Neem een leeg vel papier
Noteer alle letterwoorden die je herinnert 


Slide 5 - Diapositive

Opdracht
Welke van de woorden uit de lijst kon je het gemakkelijkst herinneren? 

Waren dat toevallig BBC en OMG 

Waarom deze letters? 



Slide 6 - Diapositive

Voorzichtige conclusie
Iets leren heeft niet alleen zin, zodat je de volgende toets haalt. 
Het zorgt er ook voor dat je later sneller én beteer nieuwe dingen kunt bijleren. 


Slide 7 - Diapositive

Weten hoe je brein werkt, waarom is dat belangrijk?

Slide 8 - Diapositive

Kennis van je brein is belangrijk omdat:

  • Als je weet hoe je werkelijk leert, kun je beter beslissen welke strategieën het beste tot leren leiden. 
  • Dit heeft twee gevolgen: 
  1. Op korte termijn: je vergroot je succeskans dit schooljaar
  2. Op lange termijn: je ontwikkelt effectieve studeermethodes die je je hele schoolloopbaan/leven kunt inzetten.  

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Wat zie je?
Wat zie je? Een eend of een konijn? Afhankelijk van waar je je aandacht op richt (grote bek of lange oren) en aan welke voorkennis je dit koppelt (welke diersoorten met een grote bek of lange oren ken je?), zie je een eend of een konijn. Je aandacht én je voorkennis spelen een belangrijke rol.-

Slide 11 - Diapositive

Drie belangrijke inzichten
1. Nieuwe informatie wordt sneller én beter onthouden als je die kunt koppelen aan iets wat je al weet. 

2. Wat je weet, bepaalt wat je ziet. 

3. Je aandacht speelt een belangrijke rol. 

Slide 12 - Diapositive

Wanneer heb je geleerd
Drie soorten geheugen:
* Zintuigelijk geheugen
* Werkgeheugen
* Langetermijn geheugen

Slide 13 - Diapositive

Wanneer heb je geleerd
Je werkgeheugen kan maar tussen de 4 en 6 losse elementen bevatten. 

Een woordenschatlijst zoals op de volgende dia
studeren best uitdagend is voor je werkgeheugen.

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Hoe pak jij het leren van zo'n lijst aan?
Wanneer ken je het? 

Korte termijn geheugen 

Lange termijn geheugen

Slide 16 - Diapositive

Leren of presteren? 
Je kan, weet of begrijpt iets dat je daarvoor niet kon, wist of begreep. 

En die kennis kan je niet enkel vandaag, maar ook volgende
week en volgende maand inzetten, in verschillende contexten.

Je kunt de Engelse woordjes in een zin zetten, je kunt ze ook vertalen als de Nederlandse woorden in een andere volgorde staan, enzovoort.

Slide 17 - Diapositive

Hoe nu verder?
Wat kun je uit deze kwt komende week toepassen?

Volgende kwt-lessen gaan we aan de slag met studeerstrategieën die effectief zijn. 

Slide 18 - Diapositive