Doel: We herkennen het enkelvoud of meervoud van het zelfstandig naamwoord.
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
SpellingBasisschoolGroep 4
Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
La durée de la leçon est: 30 min
Éléments de cette leçon
Spelling
Blok 7, week 2, les 3
Doel: We herkennen het enkelvoud of meervoud van het zelfstandig naamwoord.
Slide 1 - Diapositive
Opfrissen: woordsoorten
Samenstelling: Een woord dat uit 2 of meer woorden bestaat, de lossen woorden hebben ook een betekenis.
Werkwoord: Iets wat je kan doen.
Zelfstandig naamwoord: woorden voor mensen, dieren of dingen.
Slide 2 - Diapositive
zelfstandig naamwoord
werkwoord
Slide 3 - Diapositive
Opfrissen: leestekens
Hoofdletter:
1. Aan het begin van de zin.
2. Bij namen en achternamen.
Slide 4 - Diapositive
Welke woorden schrijf je met een hoofdletter? met rinkelende bellenmuts maakt hugo grappen en grollen.
Slide 5 - Question ouverte
Wat is een samenstelling in de zin? Met rinkelende bellenmuts maakt Hugo grappen en grollen.
A
rinkelende
B
bellenmuts
C
grappen
D
grollen
Slide 6 - Quiz
Met rinkelende bellenmuts maakt Hugo grappen en grollen. Van buiten zot, van binnen slim. Geeft de nar wijze raad aan de koning. Schrijf de zelfstandig naamwoorden op met lidwoord
Slide 7 - Question ouverte
Enkelvoud / meervoud
Enkelvoud: er is er maar één van.
Meervoud: er zijn er meer van.
Slide 8 - Diapositive
Geef aan enkelvoud of meervoud: de handen
A
enkelvoud
B
meervoud
Slide 9 - Quiz
Enkelvoud of meervoud: de kever
A
enkelvoud
B
meervoud
Slide 10 - Quiz
Enkelvoud of meervoud: de agenten
A
enkelvoud
B
meervoud
Slide 11 - Quiz
Schrijf de volgende woorden in het meervoud: het huis, het antwoord.