LJ1 5.13 Kernzin / LJ2 5.12 Speciale woorden

Vak: Nederlands
Hoofdstuk: LJ1 5.13 Kernzin  - LJ2 5.12 speciale woorden
1.
Lesopening
2.
Lesdoel + Leergebiedoverstijgende doelen
3.
Arrangementen + mini-check
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie
1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Vak: Nederlands
Hoofdstuk: LJ1 5.13 Kernzin  - LJ2 5.12 speciale woorden
1.
Lesopening
2.
Lesdoel + Leergebiedoverstijgende doelen
3.
Arrangementen + mini-check
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie

Slide 1 - Diapositive

1. Lesopening
LJ1: Pak je boek en schrift van Nederlands. Open je boek op blz 241

LJ2: Ga even in stilte lezen

Slide 2 - Diapositive

2. Lesdoel + leergebiedoverstijgende doelen 
Aan het eind van deze les:
- kun je de kernzin van een alinea aanwijzen


Leergebiedoverstijgende doelen:
Denkvermogen
- Realiseert een oplossing volgens plan.
- Formuleert criteria voor de oplossing. 

Slide 3 - Diapositive

3. Arrangementen + Mini-check
Verdiept (een 8 of hoger): Jessica, Gijs, Jochem en Jamie.
Jullie mogen zelfstandig aan het werk. Je maakt opdracht 30 op blz 242

De rest doet mee met de mini-check.

Slide 4 - Diapositive

Wat is de kernzin in de tekst hiernaast?

Slide 5 - Question ouverte

Welke zin is
de kernzin?

Slide 6 - Question ouverte

Wie maakt wat?
Had je alle vragen goed? Dan mag je zelfstandig aan de slag: opdracht 30 op blz 242.

De rest doet mee met de instructie. 

Slide 7 - Diapositive

Kernzin
- Belangrijkste zin van een alinea.
- Kernzin is meestal de eerste of laatste zin van een alinea.
- In de zinnen voor of na de kernzin staat vaak een uitleg of voorbeeld uit iets van de kernzin.

Slide 8 - Diapositive

Wat is de kernzin? 
Coronatest vanuit de auto voor de zorg (BD 07 april 2020)

1. Als iemand zich terecht zorgen maakt om besmet te raken met corona zijn het wel mensen die in de zorg werken. Daarom heeft de GGD speciaal voor hen in Kruisstraat een 'teststraat' ingericht. Gisteren reden de eerste tien auto's er doorheen. 

2. Mocht het nog niet duidelijk zijn voor al die thuiszorgmedewerkers, ouderenverzorgers en ziekenhuisverpleegkundigen: ze moeten in de auto blijven zitten als ze getest willen worden op corona. Dat staat op de voormalige gemeentewerf van Den Bosch om de paar meter met grote gele borden aangegeven. Ook voor zorgpersoneel geldt: voorzorg voor alles.

3. En zonder aanmelding wordt er niet getest, merkt de Tilburgse Angelique van den Broek die als aller eerste aan de beurt dacht te zijn. Maar als het aan haar ligt, dan testen ze haar toch. En wel direct. ,,Thuis heb ik een echtgenoot die in de risicogroep valt en ik werk met coronapatiënten. Ik wil gewoon weten of ik besmet ben", zegt ze. ,,Het is een schande dat ik vanuit Tilburg naar Den Bosch moet rijden om getest te worden."


Slide 9 - Diapositive

5. Begeleid inoefenen 
Had je geen of 1 vraag goed bij de mini-check -->
Dan maak je samen met mij opdracht 30 vraag 8.

Slide 10 - Diapositive

6. Zelfstandig werken
Je maakt nu zelfstandig opdracht 30 op blz 242.



Ben je klaar?
Dan kijk je de opdracht na. 
Daarna ga je in stilte lezen.
timer
1:00

Slide 11 - Diapositive

1. Lesopening

LJ1: Pak je boek van Nederlands en open deze op blz 236

Slide 12 - Diapositive

2. Lesdoel + Leergebiedoverstijgende doelen 
Aan het eind van deze les:
- Let je op signaalwoorden om een tekst beter te begrijpen. 


Leergebiedoverstijgende doelen:
Denkvermogen
- Realiseert een oplossing volgens plan.
- Formuleert criteria voor de oplossing. 

Slide 13 - Diapositive

3. Arrangementen + Mini-check 
Verdiept (een 8 of hoger): Niemand


Iedereen doet mee met de mini-check.

Slide 14 - Diapositive

Wat zijn 'verwijswoorden'?

Slide 15 - Question ouverte

Noem het verwijswoord in de volgende zin: 'Timo heeft de hele week getraind omdat hij ontzettend graag wil winnen'.

Slide 16 - Question ouverte

Noem het verwijswoord in de volgende zin: 'Ik trek mijn nieuwe voetbalschoenen aan, want die zitten heel lekker'.

Slide 17 - Question ouverte

Noem het verwijswoord in de volgende zin: 'Eindelijk hebben we een wedstrijd gewonnen. Dat vieren we met friet en kroketten'.

Slide 18 - Question ouverte

Wie maakt wat?
Had je 3/4 vragen goed? Dan mag je zelfstandig aan de slag: opdracht 4 t/m 6 op blz 237 t/m 239.

De rest doet mee met de instructie. 

Slide 19 - Diapositive

4. Instructie

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

5. Begeleid inoefenen 
Had je geen of 1 vraag goed bij de mini-check -->
Dan maak je samen met mij opdracht 4.

Slide 23 - Diapositive

6. Zelfstandig werken
LJ1 - Je maakt nu zelfstandig opdracht 30 op blz 242.
LJ2 - Je maakt nu zelfstandig opdracht 4 t/m 6 op blz 237 t/m 239



Ben je klaar?
Dan kijk je de opdrachten na
Daarna ga je in stilte lezen.
timer
1:00

Slide 24 - Diapositive

7. Evaluatie LJ1
Hoe ging de les?
Zijn er nog dingen die je lastig vindt?


- kun je de kernzin van een alinea aanwijzen?
                       

Slide 25 - Diapositive

7. Evaluatie LJ2
Hoe ging de les?
Zijn er nog dingen die je lastig vindt?


- Let je op signaalwoorden om een tekst beter te begrijpen?
                    

Slide 26 - Diapositive

Huiswerk & Toetsen
Huiswerk LJ1: 
Woensdag 17 mei
5.13 opdracht 30

Huiswerk LJ2: 
Woensdag 17 mei
5.12 opdracht 4 t/m 6
Toetsen LJ1: 
Geen



Toetsen LJ2: 
Geen

Slide 27 - Diapositive