2.2 deel 1 - Krachten combineren

Binnenkomer
Voer de volgende opdrachten uit voordat we beginnen:

Raoul laat een bowlingbal vallen.
Deze bal heeft een massa van 1,55 kg.

  1. Hoe groot is de zwaartekracht op de bal?
  2. Afgerond is de zwaartekracht op de bal 15 N.
    Stel dat we een krachtenschaal zouden gebruiken van 1 cm ≙ 3 N.
    Hoe lang wordt de vector van de zwaartekracht?
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 15 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Binnenkomer
Voer de volgende opdrachten uit voordat we beginnen:

Raoul laat een bowlingbal vallen.
Deze bal heeft een massa van 1,55 kg.

  1. Hoe groot is de zwaartekracht op de bal?
  2. Afgerond is de zwaartekracht op de bal 15 N.
    Stel dat we een krachtenschaal zouden gebruiken van 1 cm ≙ 3 N.
    Hoe lang wordt de vector van de zwaartekracht?

Slide 1 - Diapositive

Binnenkomer
Raoul laat een bowlingbal vallen.
Deze bal heeft een massa van 1,55 kg.
  1. Hoe groot is de zwaartekracht op de bal?
m = 1,55 kg
g = 9,81 N/kg
Fz = m x g
Fz = 1,55 x 9,81 = 15,21 N
  1. Afgerond is de zwaartekracht op de bal 15 N.
    Stel dat we een krachtenschaal zouden gebruiken van 1 cm ≙ 3 N.
    Hoe lang wordt de vector van de zwaartekracht?
15 / 3 = 5 cm

Slide 2 - Diapositive

2.2 deel 1 - Krachten combineren
Welkom krachtpatser!
Nodig deze les: Natuurkunde spullen (geen laptop)

Slide 3 - Diapositive

Deze les
Terugblik:
(zwaarte-) kracht tekenen

Nieuwe stof
Krachten combineren in dezelfde richting
Krachten combineren in verschillende richting (+)

Slide 4 - Diapositive

De leerdoelen
Leerdoelen
2.2.2 Ik kan beredeneren hoe groot de krachten in een situatie van evenwicht zijn.
2.2.4 Ik kan de resulterende kracht berekenen van krachten die in dezelfde lijn liggen.
(+) 2.2.5 Ik kan de resulterende kracht bepalen van twee krachten die niet in dezelfde lijn liggen.

Lesdoel
Na deze les kan jij de resulterende kracht tekenen en berekenen bij een potje touwtrekken
(en bij situaties waar er krachten worden uitgeoefend die schuin staan t.o.v. elkaar)

Slide 5 - Diapositive

Welke krachten hadden we ook alweer...?
1.
2.
3.
4.
5.

Bijhorende symbolen ...

Slide 6 - Diapositive

Krachten in evenwicht
Onthoud:
Als er sprake is van een krachtenevenwicht dan...
 Is de snelheid constant

(stilstaan is ook een constante snelheid (0 m/s))

Slide 7 - Diapositive





Wesley en Marcel trekken met een even grote kracht aan het touw...

Slide 8 - Diapositive

Krachten uit evenwicht
Als krachten in evenwicht zijn, is de snelheid constant



Als krachten niet in evenwicht zijn, verandert de snelheid
F (links) = 150 N                 150 N = F (rechts)
F (links) = 150 N          50 N = F (rechts)

Slide 9 - Diapositive

Krachten uit evenwicht


Als krachten niet in evenwicht zijn, is er sprake van een resulterende kracht



F (links) = 150 N          50 N = F (rechts)

Fres = 150 - 50 = 100 N

Slide 10 - Diapositive





Wesley trekt met een kracht van 120 N naar links,
Marcel trekt met een kracht van 150 N naar rechts. 
Welke grootte en richting heeft Fres?

Slide 11 - Diapositive

Krachten in evenwicht
Onthoud:
Als er sprake is van een krachtenevenwicht (Fres)=0 dan...
 Is de snelheid constant

(stilstaan is ook een constante snelheid (0 m/s))

Slide 12 - Diapositive

Krachten in verschillende richtingen (+)
Wat  als de krachten niet allemaal horizontaal gericht zijn?

Slide 13 - Diapositive

Krachten in verschillende richtingen (+)
Wat als de krachten niet allemaal horizontaal gericht zijn?
  1. Teken een hulplijn, parallel aan de krachten
  2. Teken de resulterende kracht tot het punt waar de hulplijnen snijden

Slide 14 - Diapositive

Oefenen
Werkblad constructies

 Uit het boek: 3, 7 en 9
extra: 8, 10 en 11

Slide 15 - Diapositive