Wie zijn volgens het Wetboek van Strafvordering opsporingsambtenaren?
A
Alle personen die beschikken over een titel van opsporingsbevoegdheid.
B
Personen die belast zijn met de opsporing van strafbare feiten in een bepaald gebied/domein.
C
Alle personen die zijn belast met de opsporing van strafbare feiten.
Slide 21 - Quiz
Mag een burger een verdachte aanhouden die zich vorige week schuldig heeft gemaakt aan een strafbaar feit?
A
Ligt eraan of dit een misdrijf of overtreding betreft
B
Nee, dit is geen heterdaad meer
C
Ja, die burger is strafbaar
Slide 22 - Quiz
Waarover beslissen de officier van justitie en de burgemeester gezamenlijk bij het toepassen van cameratoezicht in het publieke domein?
A
De periode en tijden waarin de camerabeelden live worden bekeken.
B
Het verdere gebruik van de opgenomen en bewaarde camerabeelden.
C
Het gebied waarin de camera’s worden geplaatst.
Slide 23 - Quiz
Bianca en Simone gaan samen een winkel binnen. Simone leidt de kassamedewerkster af met allerlei lastige vragen. Op dat moment haalt Bianca dure merkkleding uit het kledingrek en stopt die in haar tas. Bianca en Simone verlaten hierna samen de winkel. Welk strafbaar feit is er in bovenstaand voorbeeld gepleegd?
A
verleiding
B
diefstal
C
gekwalificeerde diefstal
D
verduistering
Slide 24 - Quiz
Een verkeersregelaar heeft tijdens een voetbalwedstrijd 6 biertjes gedronken. De man voelt zich verder prima en gaat na afloop van de wedstrijd het verkeer regelen bij een parkeerterrein van het stadion.
Is de verkeersregelaar in dit voorbeeld strafbaar?
A
Nee, hij is niet op de openbare weg dus er is geen sprake van openbare dronkenschap.
B
Ja, hij is in staat van dronkenschap en verricht handelingen waarbij bijzondere omzichtigheid of voorzorg is vereist.
Slide 25 - Quiz
Een groep voetbalsupporters is zwaar teleurgesteld na de uitschakeling van hun club. Na afloop van de wedstrijd gaan zij de stad in en vernielen winkelruiten. De ter plaatse gekomen politie wordt met stenen bekogeld. Daarbij raken enkele agenten licht gewond. Welk strafbaar feit is er in bovenstaand voorbeeld gepleegd?