Les 2: Taalvaardigheid 2A

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

Goedemorgen!

Nederlands: 1IBS3

Een wervende tekst schrijven

Lesdoelen:

- De student kan uitleggen wat een betogende tekst is en kan hiervan voorbeelden noemen.

- De student weet hoe hij een betogende tekst schrijft waarin wordt afgestemd op de doelgroep.

- De student kan enkele tekstdoelen noemen die passend zijn. bij een betogende tekst 

Planning:

~ Uitleg eindproduct

~ Korte terugblik overtuigend presenteren

~ Opdracht betogende tekst

~ Les evalueren

Eindproduct

Een wervende tekst over jouw gekozen product.

Lees de opdracht goed door!

De docent deelt de opdrachtbladen aan de studenten uit. Hierop staat uitgelegd waar de tekst ongeveer aan moet voldoen. Belangrijk is dat de docent hierbij benadrukt dat de studenten creatief mogen zijn. 

Overtuigend spreken

Wat was ook alweer het belang van non-verbale communicatie?

Kun je een voorbeeld noemen?

Een korte terugblik naar de vorige les: vraag de studenten naar wat ze nog weten over non-verbale communicatie, wat het belang ervan is en hoe ze het toe kunnen passen in hun presentaties.

Vraag:

Waarin komt het schrijven van een wervende tekst overeen

met het houden van een overtuigende presentatie?

Komen we aan het einde van de les op terug!

De docent laat de vraag op het bord zien. Pas aan het einde van de les geven studenten antwoord op de vraag, nadat ze meer weten over het schrijven van een wervende tekst.

Opdracht

Ga in groepjes van vier zitten

Voor de uitleg van de opdracht, maakt de docent eerst groepjes van vier (eventueel drie). Of de docent dit doet of dat de studenten dit zelf doen, hangt af van de veiligheid binnen de klas. De docent moet er in ieder geval voor zorgen dat er geen studenten zijn die zich buitengesloten voelen.

Opdracht

Deel 1:

Op elke tafel liggen vier teksten. 

Elke student pakt één tekst en leest die door.

Pak daarna het formulier erbij en beoordeel de tekst.

Als de studenten in groepjes van vier zitten, legt de docent de verschillende teksten op de tafels. Elke student pakt één tekst en gaat deze alvast doorlezen. Tijdens het lezen deelt de docent de opdrachten uit waarop de studenten aantekeningen gaan maken over de tekst.

Opdracht

Deel 2:

Ga nu in gesprek met elkaar.

Vertel waar jouw tekst over gaat

en wat je wel en niet goed vindt.

Wat heb je aangekruist op het formulier?

Wat is jullie conclusie?

Na ongeveer vijf à tien minuten gaan de studenten met elkaar in gesprek. Ze vertellen eerst kort waar hun tekst over gaat, en geven dan een korte evaluatie van wat ze opviel en wat ze goed en niet goed vonden. Deze antwoorden vergelijken ze met elkaar. Per groepje schrijven de studenten een korte samenvatting over wat een wervende tekst sterk maakt en wat juist niet.

Vraag:

Waarin komt het schrijven van een wervende tekst overeen

met het houden van een overtuigende presentatie?

Dan komen we weer terug bij de vraag die aan het begin al gesteld werd. De docent laat de studenten eerst zelf een antwoord opschrijven, daarna delen ze dit in hun groepje. Een paar studenten krijgen ten slotte de beurt om het antwoord van hun groepje te delen met de rest van de klas.

Hoe word je beoordeeld?

Het beoordelingsformulier

Ten slotte legt de docent nog het beoordelingsformulier uit met daarop de punten waarop ze worden beoordeeld. Hier moet niet te diep op worden ingegaan, de studenten kunnen deze punten namelijk ook doornemen op het opdrachtblad.

Lesdoelen:

- De student kan uitleggen wat een betogende tekst is en kan hiervan voorbeelden noemen.

- De student weet hoe hij een betogende tekst schrijft waarin wordt afgestemd op de doelgroep.

- De student kan enkele tekstdoelen noemen die passend zijn. bij een betogende tekst 

Als laatste worden de lesdoelen geëvalueerd, eventuele vragen kunnen nu worden gesteld.