NaSk quiz

Vloeibaar
Vast
Gas
l
s
g
1 / 22
suivant
Slide 1: Question de remorquage
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Vloeibaar
Vast
Gas
l
s
g

Slide 1 - Question de remorquage

Wat gebeurt er met de snelheid van de moleculen wanneer een stof verwarmd wordt?
A
Die blijft gelijk
B
Die neemt toe
C
Die neemt af

Slide 2 - Quiz

Een stof die stolt gaat van ...
A
gas → vast
B
vast → gas
C
vloeibaar → gas
D
vloeibaar → vast

Slide 3 - Quiz

hoe heet de faseovergang van gasfase naar de vloeibare fase?
A
stollen
B
rijpen
C
condenseren
D
sublimeren

Slide 4 - Quiz

verdampen
condenseren
stollen
smelten
rijpen
vervluchtigen
/ sublimeren

Slide 5 - Question de remorquage

De dichtheid van 1 kilogram lood en 1 gram lood is
A
gelijk
B
verschillend
C
dat kun je niet weten
D
gelijk aan water

Slide 6 - Quiz

De dichtheid van ijzer is lager dan die van lood, dus als je van ieder een blokje van gelijk volume hebt dan:
A
Is die van ijzer zwaarder
B
Is die van lood zwaarder
C
Kun je niks zeggen over de massa
D
Zijn de even zwaar

Slide 7 - Quiz

IJs heeft een dichtheid van 0,95 g/cm3.Water heeft een dichtheid van 1,00 g/cm3 dus:
A
IJs zal zinken in water
B
IJs zal drijven op water
C
Je weet niet of ijs drijft of zinkt
D
IJs zal zweven in water

Slide 8 - Quiz

Je hebt een blokje met een massa van 45 gram en een volume van 4,2 cm3. Hoe groot is de dichtheid?)
A
10,7 g/cm^3
B
189 g/cm^3
C
0,09 g/cm^3
D
10,7 g

Slide 9 - Quiz

De dichtheid van een blokje ijzer is 7,8 g/cm3. Je hebt een blokje van 6,5 cm3. Wat is de massa van dit blokje in g?
A
50,7 g
B
1,2 g
C
0,83 cm^3
D
40,7 cm^3

Slide 10 - Quiz

De massa is 50 gram en de dichtheid 0,8 g/cm3. Hoe groot is het volume van dit blokje in cm3?
A
40 cm^3
B
40 g
C
62,5 cm^3
D
0,02 cm^3

Slide 11 - Quiz

Een prisma splitst licht in alle kleuren van het spectrum

Slide 12 - Diapositive

Lars heeft een wit shirt aan.
Max heeft een groen shirt aan.
Ismael heeft een geel shirt aan.
Ze staan alle drie onder een natriumlamp die alleen geel licht uitzendt.
Welke twee jongens lijken een shirt van dezelfde kleur aan te hebben?
A
Lars en Ismael
B
Ismael en Max
C
Lars en Max

Slide 13 - Quiz

Angel heeft een blauw T-shirt aan met een witte smiley.
Met welke kleur licht moet je op het shirt schijnen, zodat je de smiley niet ziet?
A
blauw
B
rood
C
groen
D
wit

Slide 14 - Quiz

Glaswerk

Slide 15 - Diapositive

Hoe heet dit practicummateriaal?
A
bekerglas
B
maatbeker
C
maatglas

Slide 16 - Quiz

Hoe heet dit practicummateriaal?
A
kookkolf
B
maatbeker
C
bekerglas
D
erlenmeyer

Slide 17 - Quiz

Hoe heet dit practicummateriaal?

Slide 18 - Question ouverte

Hoe heet dit practicummateriaal?

Slide 19 - Question ouverte

Hoe heet dit practicummateriaal?

Slide 20 - Question ouverte

Grootheden
Eenheden
Meetinstrumenten
kilometer
stopwatch
lengte
lichtsterkte
stroomsnelheid
meter per seconde
uur
weegschaal
kilogram
liniaal
tijdsduur
Volt

Slide 21 - Question de remorquage

Met een weegschaal meet je de grootheid …. en de eenheid …...
A
Liter en volume
B
Volume en liter
C
Massa en gram
D
Gram en massa

Slide 22 - Quiz